4havo - Les 5 - 5.1 Het molecuulmodel (KLAAR)

1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Wat heb je bij je?
4p Boek
5p Laptop
2p Geo
4p Rekenmachine (geen grafische)
2p Pen + potlood + gum
2p Ruitjesschrift of ruitjespapier in de multomap
8p BINAS
                                       Hoeveel punten scoor je?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel significante cijfers:
0, 058 × 10³
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke grootheid meet je met een thermometer
A
Hitte
B
Warmte
C
Energie
D
Temperatuur

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurt er met de deeltjes van een stof als je deze verwarmt?
A
Worden groter
B
Gaan sneller bewegen
C
Gaan langzamer bewegen
D
Worden zwaarder

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurt er met water als je het kookt?
A
Worden groter
B
Gaan sneller bewegen
C
Gaan langzamer bewegen
D
Worden zwaarder

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als het buiten vriest, zal het water in de plassen...
A
Verdampen
B
Bevriezen
C
Ontdooien
D
Koken

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt de uitgangspunten van het
molecuulmodel beschrijven en toepassen.

Je kunt warmte en temperatuur uitleggen.

Je kunt de fase(overgangen) van een stof 
beschrijven.

Je kunt het absolute nulpunt uitleggen en 
rekenen met °C en kelvin.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een model?
d.




Het molecuulmodel probeert de werkelijkheid 
van een molecuul te beschrijven.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Molecuulmodel
1. Stoffen bestaan uit moleculen 
   (kleine deeltjes)

2. Tussen de moleculen zit ruimte.

3. De moleculen bewegen altijd

4. De moleculen trekken elkaar aan

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur en warmte
Temperatuur is een grootheid
met als eenheid graden Celsius of kelvin.

Warmte is een vorm van energie 
met als eenheid joule.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur
De bewegingsenergie van de 
moleculen bepaalt de temperatuur.

Wanneer de temperatuur stijgt,
gaan de moleculen sneller bewegen.

Wanneer de temperatuur daalt,
gaan de moleculen langzamer bewegen.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur
Grootheid temperatuur met symbool 𝑇
  

Eenheid kelvin (K)

𝑇 (K) = 𝑡 (⁰C) + 273,15
0 K is het absolute nulpunt, de moleculen staan stil!






Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Absolute nulpunt
Als een stof afkoelt, gaan de moleculen langzamer 
bewegen.

Bij een bepaalde temperatuur staan 
de moleculen stil. Dit heet het absolute nulpunt.

Het absolute nulpunt is bij -273,15 °C, oftewel 0 K.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte
Warmte is energie die zorgt dat de moleculen sneller gaan bewegen en/of de afstand tussen de moleculen toeneemt.

(als de moleculen sneller gaan, hebben ze meer ruimte nodig)

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Stof verwarmen
Verwarmen betekent warmte (energie) toevoegen aan de stof



energie in de stof = potentiële energie + bewegingsenergie
Meer potentiële energie betekent meer afstand tussen de moleculen
(ze worden uit elkaar getrokken)
Meer bewegingsenergie betekent dat de moleculen sneller bewegen (hogere temperatuur)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

(T, Q)-diagram water

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte(stroom)
Warmte stroomt altijd vanzelf van de hoge temperatuur
naar de lage temperatuur.
Er is energie nodig om warmte terug te brengen.


Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Warmte
Grootheid warmte met symbool 𝑄

Eenheid joule (J)

Warmte is een vorm van energie






Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat denk je dat er gebeurt met de deeltjes van een bal als je hem in de koelkast legt?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Fases
.




        vaste fase           vloeibare fase      gasvormige fase

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Fasedriehoek

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Fase-driehoek
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
sublimeren
vast
vloeibaar
gas

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we de temperatuur waarbij de deeltjes helemaal stoppen met bewegen?
A
kookpunt
B
smeltpunt
C
absolute nulpunt
D
vriespunt

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen uit deze les

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen uit deze les

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

           Leerdoelen

Slide 33 - Diapositive

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
           Aan de slag

Slide 34 - Diapositive

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
           Afsluiting

Slide 35 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

           Begrippen
           uit deze les

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Titel kan hier geplaatst worden.

Slide 37 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Eindslide.

Ruimte voor een afsluitend woord.Ruimte voor een afsluitend woord.

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions