wvg1_H11_H12

• Natuurkunde
• HBO
• Studiejaar 1

Lesson Up

Docent

30 dagen gratis te gebruiken

Wellicht heeft jouw stageschool een licentie

Student/leerling

Bij registratie kun je de slides opnieuw bekijken

Hoe ---- de vloeistof/gas, des te ---- de stroomsnelheid

1. stroperiger - groter
2. stroperiger - kleiner
3. minder stroperig - kleiner

Je beweegt een plaat die op een laag vloeistof ligt. Dit kost kracht. Kost het meer/minder kracht bij een groter oppervlak?

1. Meer
2. Minder
3. Even veel

Kost het meer/minder kracht als de vloeistoflaag dikker is?

1. meer
2. minder
3. even veel

Kost het meer/minder kracht als de vloeistoflaag stroperiger (visceuzer) is?

1. meer
2. minder
3. even veel

Kost het meer/minder kracht als je de plaat sneller wil bewegen?

1. meer
2. minder
3. even veel

Hoe groter de lengte van de buis, des te .... het debiet

1. groter
2. kleiner
3. even groot

Hoe groter de straal, des te .... het debiet

1. groter
2. kleiner
3. even groot

Hoe visceuzer de vloeistof, des te ... het debiet

1. groter
2. kleiner
3. even groot

Hoe groter het drukverschil, des te ... het debiet

1. groter
2. kleiner
3. even groot

Wat is het effect van temperatuur op de viscositeit van een stof?

Leg uit of een gas een hogere/lagere viscositeit heeft dan een vloeistof.

Doe een eenhedencheck van de formule voor de volume-flow

Zijn er opdrachten/vragen/slides die je tot nu toe niet hebt begrepen? Zo ja, welke?

Wat weet je nog over temperatuur?

Wat weet je nog over warmte?

Kelvin

graden Celsius

graden Fahrenheit

Wordt vooral gebruikt in de wetenschap

wordt in Amerika gebruikt

wordt in de meeste landen gebruikt

gebruikt dezelfde stapgrootte als de Celsius schaal

gebruikt een kleinere stapgrootte dan de Celsiusschaal

is o.a. gebaseerd op de lichaamstemperatuur van een mens

is gebaseerd op het smeltpunt van ijs en kookpunt van water

is gebaseerd op het absolute nulpunt

Welk effect heeft temperatuur op druk (als het volume van het gas constant blijft)

1. lagere temperatuur is lagere druk
2. lagere temperatuur is hogere druk
3. lagere temperatuur heeft geen effect op de druk

Om te kunnen omrekenen tussen graden Celsius en graden Fahrenheit gelden de volgende formules:

1. T(F) = 32 + 9/5 T(C) T(C) = 9/5 T(F) - 32
2. T(C) = 32 + 5/9 T(F) T(F) = 9/5 T(C) - 32
3. T(F) = 32 - 5/9 T(C) T(C) = 9/5 T(F) - 32
4. T(F) = 32 + 9/5 T(C) T(C) = 5/9 (T(F) - 32)

Om te kunnen omrekenen tussen Kelvin en graden Celsius gelden de volgende formules:

1. T(K) = 273,15 + T(C) T(C) = 273,15 - T(K)
2. T(K) = 273,15 + T(C) T(C) = - 273,15 + T(K)
3. T(K) = 273,15 - T(C) T(C) = 273,15 - T(K)
4. T(K) = 273,15 - T(C) T(C) = 273,15 + T(K)

Zijn er nog zaken die je niet hebt begrepen m.b.t. de temperatuurschalen en de thermometers?

Wat vind je van het werken met Lesson Up als student?

😒🙁😐🙂😃