Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
M3: regelmatige werkwoorden deel 3
Leerdoelen
- Je kunt werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen
- Nieuw: Je kunt werkwoorden met een stam op -s of -ß in de tegenwoordige tijd vervoegen
1 / 16
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2,3
Cette leçon contient
16 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Leerdoelen
- Je kunt werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen
- Nieuw: Je kunt werkwoorden met een stam op -s of -ß in de tegenwoordige tijd vervoegen
Slide 1 - Diapositive
Koppel de uitgangen (blauw) met de persoonlijke voornaamwoorden (rood)
Ich
Du
Er/sie/es
Wir
Ihr
sie/Sie
+ E
+ ST
+ T
+ EN
+ T
+ EN
Slide 2 - Question de remorquage
Denk aan (fe)esttenten!
FE
Ich
E
du
ST
Er/sie/es
T
wir
EN
ihr
T
sie/Sie
EN
Slide 3 - Diapositive
Hoe vind je de stam van een werkwoord?
A
Hele werkwoord
B
Stam - n of -en
C
Stam - d
D
Stam - t
Slide 4 - Quiz
Wat is de stam van: heißen?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is de stam van reisen?
Slide 6 - Question ouverte
Wat is de stam van antworten?
Slide 7 - Question ouverte
Wat is de stam van reden?
Slide 8 - Question ouverte
Weten jullie het nog? Als de stam eindigt op een -d of een -t dan krijg je bij du, er/sie/es en ihr een extra letter. Welke?
Slide 9 - Question ouverte
Weten jullie het nog? De uitgang bij du is normaal
-st.
Maar welke uitgang krijg je bij du als de stam eindigt op een -s of een -ß.
Slide 10 - Question ouverte
Let op: Deze werkwoorden vervoeg je een klein beetje anders.
standaard vervoeging
stam op
-s/-ß
stam op
-d / -t
ich
e
e
e
du
st
t
est
er/sie/es
t
t
et
wir
en
en
en
ihr
t
t
et
sie/Sie
en
en
en
Slide 11 - Diapositive
Vertaal de volgende zin: jij reist
A
ich reise
B
du reisst
C
du reist
D
er reist
Slide 12 - Quiz
Vertaal de volgende zin: jullie antwoorden
A
ihr antwortt
B
ihr antwortet
C
ihr antworten
D
ihr antwortest
Slide 13 - Quiz
Vertaal de volgende zin: hij praat
A
er reden
B
er redt
C
du redest
D
er redet
Slide 14 - Quiz
Hausaufgaben für Donnerstag (uiterlijk 9:00 inleveren via teams of magistermail)
timer
10:00
Slide 15 - Diapositive
Beantwoord de volgende vraag: Het vervoegen van werkwoorden in de tegenwoordige tijd gaat:
Goed, ik kan een stapje verder volgende les.
Goed maar ik heb wel nog extra oefening nodig
Ik heb er nog veel moeite mee en heb nog extra oefening nodig
Ik heb er moeite mee en heb extra oefening nodig
Slide 16 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
3TL periode 3 les 5 en 6
July 2025
-
21 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
1TL periode 2 les 16
July 2025
-
23 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
1KB periode 2 les 14
July 2025
-
17 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
GT P2 W2 S2
July 2025
-
22 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 2
2TL periode 3 les 5
July 2025
-
24 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
1KB periode 2 les 19
July 2025
-
13 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
1KB periode 2 les 18
July 2025
-
14 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1
2TL periode 3 les 4
July 2025
-
23 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k, t, havo
Leerjaar 1