Hfst. 6 afsluitende les

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Ontdekkers en hervormers

Afsluitende les

Wat gaan we doen deze les?

Bespreken huiswerk 6.4

Filmpje

Quiz

Werken aan opdracht Historische vragen of leren voor toets. 

Bijwerken online huiswerk als er nog achterstanden zijn bij hfst. 6

Nakijken par. 6.4

* Huiswerk niet gemaakt? 

Nu gaan bijwerken! Volgende les moet het bijgewerkt zijn.

* Huiswerk online gemaakt?

Is al nagekeken. Nu maken samenvattingsopdracht par. 6.4.

* Huiswerk in werkboek gemaakt?

Overleg met buurman/ buurvrouw over antwoorden die verschillen. Vraag daarna een nakijkblad.

Leerdoel

Herhalen stof van hfst. 6!

0

Dit is het logo van het tijdvak

1. Steden en staten
2. Regenten en vorsten
3. Ontdekkers en hervormers
4. Pruiken en revoluties

Dit tijdvak
valt tussen

1. 1400-1500
2. 1500-1600
3. 1600-1700
4. 1700-1800

Welke bewering over Maarten Luther is NIET waar?

1. Maarten Luther was van oorsprong een katholieke monnik.
2. Maarten Luther was volgens Karel V een ketter.
3. Maarten Luther was volgens Filips II een ketter.
4. Maarten Luther was de oprichter van het calvinisme.

Met het woord 'Renaissance' bedoelt men:

1. De omslag
2. De wedergeboorte
3. De voortzetting
4. De herhaling

Is de volgende uitspraak van een Middeleeuwer of van iemand uit de Moderne Tijd?
'Tijdens je leven moet je denken aan het leven na je dood. Gedenk te sterven'

1. Typisch middeleeuws
2. Typisch modern

Welke bewering is ONJUIST?

1. In de vijftiende en zestiende eeuw werden er veel ontdekkingsreizen gemaakt.
2. De slavenhandel is begonnen omdat de Indianen te zwak waren voor het zware werk op de plantages.
3. Men haalde vaak specerijen, grondstoffen, goud en zilver uit de overzeese gebieden.
4. Columbus was de eerste man die op ontdekkingsreis ging.

Wat was GEEN reden voor de Portugezen en Spanjaarden om op ontdekkingsreis te gaan?

1. De indianen bekeren tot het christendom.
2. Veel geld verdienen aan de producten zoals specerijen.
3. Een goede handelsrelatie opbouwen met de Indianen.

Welke bewering is juist?
I. De katholieke kerk bestreed mensen die een ander geloof wilden verspreiden.
II. Luther en Calvijn waren hervormers die uit de katholieke kerk stapten.

1. I is juist, II is onjuist.
2. Beide zijn juist.
3. I is onjuist, II is juist.
4. Beide zijn onjuist.

Maak de volgende zin af: Humanisten zijn mensen die..

1. ..geleerden uit de oudheid afkraakten.
2. ..geschriften uit de Oudheid bestudeerden.
3. ..het leven op aarde niks waard vonden.
4. ..taken verrichten voor de kerk.

Welk kenmerk hoort bij het protestantisme?

1. Paus
2. Heilige beelden
3. Bisschoppen
4. Predikanten

Welke bewering hoort NIET bij Filips II?

1. Filips vertrouwde veel van zijn taken toe aan ambtenaren.
2. Filips voerde centralisatiepolitiek door.
3. Filips wilde geen rekening houden met de privileges van de gewesten.
4. Filips was zeer streng katholiek.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen