Weerstand en de wet van Ohm
Weerstand is
A
het tegenwerken van de spanning
B
het tegenwerken van de energie
C
het tegenwerken van de stroom
1 / 12
La durée de la leçon est: 10 minÉléments de cette leçon
Weerstand is
A
het tegenwerken van de spanning
B
het tegenwerken van de energie
C
het tegenwerken van de stroom
Slide 1 - Quiz
Weerstand is
A
het tegenwerken van de spanning
B
het tegenwerken van de energie
C
het tegenwerken van de stroom
Slide 2 - Quiz
De weerstand van een draad is NIET afhankelijk van
A
de massa van de draad
B
het materiaal van de draad
C
de lengte van de draad
D
de dikte van de draad
Slide 3 - Quiz
De weerstand van een draad is NIET afhankelijk van
A
de massa van de draad
B
het materiaal van de draad
C
de lengte van de draad
D
de dikte van de draad
Slide 4 - Quiz
De soortelijke weerstand van koper is
A
27⋅10−19Ωm
B
115⋅10−19Ωm
C
17⋅10−19Ωm
D
210⋅10−19Ωm
Slide 5 - Quiz
De soortelijke weerstand van koper is
A
27⋅10−19Ωm
B
115⋅10−19Ωm
C
17⋅10−19Ωm
D
210⋅10−19Ωm
Slide 6 - Quiz
Als de soortelijke weerstand van een materiaal groter is, dan...
A
geleidt het materiaal de stroom beter
B
geleidt het materiaal de stroom slechter
C
is het materiaal een isolator
Slide 7 - Quiz
Als de soortelijke weerstand van een materiaal groter is, dan...
A
geleidt het materiaal de stroom beter
B
geleidt het materiaal de stroom slechter
C
is het materiaal een isolator
Slide 8 - Quiz
De wet van Ohm in formulevorm luidt:
A
U = I/R
B
U=I*R
C
R=I*U
D
R=I/U
Slide 9 - Quiz
De wet van Ohm in formulevorm luidt:
A
U = I/R
B
U=I*R
C
R=I*U
D
R=I/U
Slide 10 - Quiz
Als de spanning en stroomsterkte recht evenredig zijn, dan is de weerstand constant
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Als de spanning en stroomsterkte recht evenredig zijn, dan is de weerstand constant
A
Waar
B
Niet waar
