14.3 Vervuiling en duurzaam kiezen 14.4 klas 2 2024 - 2025

14.3 Vervuiling 
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

14.3 Vervuiling 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen 14.3
Aan het eind van 14.3 kun je:
1. drie manieren van afvalverwerkingen noemen
2. drie gevolgen van luchtvervuiling noemen en toelichten wat het inhoudt.
3. uitleggen wat het broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect inhoudt
4. de koolstofkringloop uitleggen
5. uitleggen hoeveel vervuiling organismen kunnen verdragen.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afvalverwerking
Nuttige toepassing: recycling, compost, hergebruik
Verbranden: restafval
Storten: vuilnisbelt

Slide 3 - Diapositive

recycling: glas, blik, papier, plastic, grondstoffen worden opnieuw gebruikt
compost: gft
hergebruik: spullen, kleding, meubels, auto's, elektrische apparaten, tweedehands, kringloopwinkel
vuilnisbelt is aan onderkant afgedekt zodat geen giftige stoffen kunnen weglekken
plaatje: steeds meer afval krijgt nuttige toepassing
Drie manieren van afvalverwerking 
Wat gebeurt er met je afval? 
1. nuttige toepassing (recyclen, compost, hergebruik)
2. verbranden van restafval in vuilverbrandingsinstallaties. 
3. Storten op de vuilnisbelt

Daarnaast beland er helaas ook afval in de natuur: zwerfafval.   

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Watervervuiling en waterzuivering

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zwerfafval 
je ziet hoe lang het duurt voor afval dat je in de natuur gooit is afgebroken

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 7 - Vidéo

filmpje waarin restafval wordt verbrand, 
afvalenergiecentrale, geeft warmte, nuttige toepassingen
Luchtvervuiling 
Door de verbranding van fossiele brandstoffen (aardolie, aardgas en steenkool) komen er afvalstoffen vrij. 
Luchtvervuiling ontstaat door de uitstoot van de afvalstoffen: zwaveldioxide en stikstofoxide. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie gevolgen van luchtvervuiling
1. Fijn stof: kleine deeltjes in de lucht (stof, roet)
2. Smog: een vieze mist van vervuilende gassen en stofdeeltjes.
3. Verzuring: zwaveldioxide, stikstofoxide en ammoniak zorgen voor zure neerslag. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuring

Slide 10 - Diapositive

plaatje vorige les ook gezien
verzuring ontstaat door ammoniak uit mest maar ook door zwaveldioxide en stikstofoxiden
zure regen -> in bodem of grondwater, vooral in zandgronden verzuring want humus en kalk neutraliseren het
2 gevolgen: mineralen lossen op en spoelen naar het grondwater, 
onbereikbaar voor plantenwortels
giftige stoffen komen vrij zoals lood en aluminium waardoor wortelharen beschadigen en planten ziek worden
maak in stilte(huiswerk)opdrachten: 

1 t/m 10 op p.234 t/m 239 (10 min),


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

(versterkt) Broeikaseffect
broeikas effect: het tegenhouden van warmtestraling waardoor de aarde op een leefbare temperatuur blijft. 

versterkt broeikaseffect: Door de stijgende hoeveelheid koolstofdioxide (CO2) wordt het broeikaseffect sterker, de aarde wordt dus steeds warmer. 
https://www.youtube.com/watch?v=nRePbJtegN4

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Koolstofkringloop
Het Koolstofdeelte (C) verplaatst zich tussen de processen van verbranding/fotosynthese en de voedselkringloop. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel vervuiling verdragen organismen
en ecosystemen ? 
  • Habitat: plek met gunstige omstandigheden om te overleven voor een organisme. 
  • Biotische factoren: invloeden uit de levenloze natuur (temperatuur, hoeveelheid licht en vocht)
  • Abiotische factoren: Invloeden van andere organismen (voedselbron, voedselconcurenten, schuilplaats)
De factoren kunnen veranderen door de vervuiling/opwarming van de aarde. Het hangt van de tolerentiegrenzen af of organismen het overleven. 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

in stilte maken:
Opdracht 11, 15 en 16

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

14.4 Duurzaam kiezen
1) fietsen naar school of elektrisch fietsen 
2) Afval scheiden
3) vakantiebestemming aanpassen of er per trein heen reizen 
4) biologisch eten
5) Geen vlees en vis eten
6) Minder kopen  
7) Kleding langer dragen

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is voedsel duurzaam?
Biologische boeren zorgen voor een natuurlijke kringloop op hun bedrijf, waardoor ze de natuur in stand houden in plaats van uit te putten

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Minder broeikas effect
= minder CO2 uitstoot
Dus geen fossiele brandstoffen meer verbranden
Wel: Zonnepanelen en warmtepomp
windturbines
waterkrachtcentrales
Waterstof maken = nog moeilijk, maar wel schone energie
Kernenergie? schoon, maar kernafval

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Minder luchtvervuiling




= minder fossiele brandstoffen verbranden
Katalysator in uitlaat
roetfilter in diesel auto

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat levert milieubewust handelen op?
Heel kort door de bocht............
JOUW TOEKOMST OP DEZE AARDE

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

huiswerk 14.4
Maak opdrachten:
1 t/m 7
10 t/m 14
16 en 21
Voor de toets:
Maak de samenvatting hoofdstuk 14 1 t/m 11
Leer vooral de bronnen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions