NotenSchrift

• Muziek
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Notenschrift

Snappen, Lezen, Schrijven, Toepassen

Lesdoel

Aan het eind van dit les onderdeel

1. Ken je de basisbegrippen notenlezen

2.Kun je basis notenlezen 

3. Kun je basis noten schrijven

4. Kun je toonduur toepassen

Begrippen

Melodie = een deuntje

Notenbalk = een regel waarop we noten schrijven.

Maat= een stukje/blokje in de notenbalk

Maatstreep = de streep tussen 2 maten in.

Maatcijfer = het cijfer dat aangeeft de hoeveelste maat het is.

G-sleutel= teken voor aan de regel dat helpt bij het juist lezen van de noten.                                               

 

.

Toonhoogte = hoe hoog een toon klinkt (hoog - laag)

Toonduur = Hoelang een toon/noot duurt

Maatsoort= Hoeveel tellen zitten er in een maat

Notennamen = a b c d e f g

Hulplijntjes = lijntjes om de noten die buiten de notenbalk vallen te duiden

Voortekens = teken dat voor de noot of regel staat,

deze verhoogt of verlaagd de noot erna.

b = mol deze verlaagd de noot en er komt -es achter de naam 

# = kruis deze verhoogd de noot en er komt -is achter de naam

Eens zien...

In dit filmpje wordt 

het notenschrift 

alvast eens uitgelegd.

We starten bij 

de G sleutel

De Notenbalk

G sleutel

Maatsoort

Maatcijfer

Maat

2

3

4

Maatstreep

Eens zien...

Maar hoe werkt dat 

lezen dan?

Uitleg notenlezen:

E

C

A

F

G

01  Schrijf de notennamen er onder.

01  Schrijf de notennamen er onder.

Zelf toepassen

Maken: 

Bladzijde 21 & 22

Let op! Sommige dieren hebben een andere muzieksleutel! 

02  Schrijf de notennamen er onder.

02  Schrijf de notennamen er onder.

Toonduur = 

hoelang een toon/noot duurt

..

.

Hele noot  -  Halve noot  -   Kwart noot   -   Achtste noot

rondje        +     staf            +   ingekleurd  +  vlaggetje

Er komt telkens iets bij 

Iedere noot heeft een vaste waarde: 

& waarde gaat door de helft

4 tellen

2 tellen

1 tel

1/2 tel 

De combinatie van verschillende 

toonduren  ofwel notenwaarde

vormt een ritme.

Je hoort dan snelle en langzame tonen.

Eerst even oefenen:

Maak de opgaven op blz. 23 

je docent vertelt hoeveel rijtjes jouw klas maakt.

4

4

34

54

Maatsoort zorgt voor een

lekker luisterbaar muziekje.

De beat (1ste) tel komt steeds op het zelfde moment.

In iedere maat zitten ALTIJD voldoende noten je komt NOOIT tellen te kort.

Laten we eens oefenen:

Maak de opgaven op blz. 24