herfst, winter, lente .zomer

herfst, winter, lente .zomer
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens en maatschappijISK

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

herfst, winter, lente .zomer

Slide 1 - Diapositive

De herfst
begint op 21 september
De bladeren verkleuren.
De bladeren vallen.
het wordt kouder
de dagen worden korter
vaak regen
De appels en peren en noten worden geplukt.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

De vogeltrek

Slide 4 - Diapositive

werkblad
We lezen samen het werkblad.

Slide 5 - Diapositive

de vogels trekken uit Nederland omdat
A
het hier te warm is
B
het hier te koud is

Slide 6 - Quiz

ze trekken ook weg omdat
A
hier genoeg te eten is
B
hier geen eten is

Slide 7 - Quiz

ze trekken naar de landen
A
waar het kouder is
B
waar het warmer is

Slide 8 - Quiz

de vogels trekken weg in een
A
cirkel vorm
B
driehoek vorm
C
v vorm

Slide 9 - Quiz

welke vogel wordt het meeste moe
A
de achterste
B
de voorste

Slide 10 - Quiz

waarom wisselen de vogels van plek
A
zodat ze een grotere afstand kunnen afleggen
B
omdat ze dat leuk vinden

Slide 11 - Quiz

De winter
begint op 21 december
Het is koud.
Soms valt er sneeuw.
Korte dagen
Kale bomen
Sommige dieren houden winterslaap.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

werkblad
We lezen het werkblad

Slide 14 - Diapositive

wat is winterslaap.
A
de dieren slapen in de winter
B
de dieren eten weinig in de winter

Slide 15 - Quiz

waarom gaan sommige dieren in winterslaap
A
er is genoeg te eten
B
er is te weinig te eten

Slide 16 - Quiz

wat doen deze dieren in de herfst
A
ze gaan alvast slapen
B
ze gaan heel veel eten

Slide 17 - Quiz

egels gaan
A
een nest maken van bladeren en takjes
B
een hol in de grond maken

Slide 18 - Quiz

vleermuizen gaan
A
maken een nest
B
naar een gebouw of een boom

Slide 19 - Quiz

tijdens de winterslaap
A
beweegt het dier bijna niet
B
gaat het dier wandelen of vliegen

Slide 20 - Quiz

na de winterslaap in de lente gaan de dieren
A
rustig wakker worden
B
snel op zoek naar eten

Slide 21 - Quiz

De lente begint op 21 maart.
Het wordt warmer.
De dagen worden langer.
Bomen krijgen bladeren.
Voorjaarsbloemen gaan bloeien.
Jonge dieren worden geboren.
Dieren komen uit hun winterslaap.
Je kunt zaaien in jouw moestuin.

Slide 22 - Diapositive

moestuin.

Slide 23 - Carte mentale

Slide 24 - Vidéo

werkblad

Slide 25 - Diapositive

jonge dieren worden geboren.
Wat zijn de namen van de jonge dieren.

Slide 26 - Diapositive

de hond
man: de reu
vrouw: de teef
jong: de pup

Slide 27 - Diapositive

de kat
man: de kater
vrouw: de poes
jong: de kitten

Slide 28 - Diapositive

de koe
man: de stier
vrouw: de koe
jong: het kalf

Slide 29 - Diapositive

het varken
man: de beer
vrouw: de zeug
jong: de big

Slide 30 - Diapositive

het schaap
man: de ram
vrouw: de ooi
jong: het lam

Slide 31 - Diapositive

de kip
man: de haan
vrouw: de kip
jong: het kuiken

Slide 32 - Diapositive

het paard
man: de hengst 
vrouw: de merrie
jong: het veulen

Slide 33 - Diapositive