Seneca, Epistulae morales 1

• Latijn
• Secundair onderwijs

Seneca, Epistulae morales 1

Via deze LessonUp zullen we een gedeelte van brief 1 behandelen. Succes!

Pak je cursus erbij om notities te maken. Ik probeer ook onze kleurcodes aan te houden.

Dit is brief 1, maar gaat over de vluchtigheid van de tijd. Wanneer denk je dat deze brief geschreven is?

1. Als eerste brief
2. Op het einde van zijn leven
3. Maakt dat uit?
4. Geen idee

Brief 1...

• is de 1ste brief van de collectie die door Seneca zelf werd samengesteld
• is niet de 1ste brief van de (fictieve?) briefwisseling
• is op het einde van zijn leven geschreven: tijd is/wordt iets vluchtig 

Wat betekende de aanhef 'Senecae Lucilio suo salutem' weer?

Voor wie was de brief bedoeld?

1. Lucilius, procurator van Sicilië
2. proficientes
3. niemand bijzonder
4. zijn liefje

Vriendschapsbrief

In paragraaf 1 zien we via de imperatieven dadelijk een oproep aan Lucilius/de lezer, dit noemen we προσφωνησις (prosfonèsis).

Welke stijlfiguur is te tibi?

Verklaar tibi (r. 1)

1. dat. MV bij vindica
2. dat. BWB voordeel bij vindica
3. dat. vwdat. bij vindica
4. dat. BWB doel bij vindica

Welke stijlfiguren zitten in het stukje 'tempus...serva'.

Wat valt je op aan de tijd van de ww. in de BVBzin?

Vertaal zin 1.

In deze zin zitten ook de 2 thematische woorden van de brief. Welke?

Vertaal zin 2.

Verklaar tibi (r. 2)

1. dat. MV bij persuade
2. dat. BWB voordeel bij persuade
3. dat. vwdat. bij persuade
4. dat. BWB doel bij persuade

Via welke woorden weten we zeker dat niet de 1ste brief tussen Lucilius en Seneca kan zijn?

Welke stijlfiguren zitten in het stukje 'quaedam...effluunt'.

Vertaal zin 3.

Vertaal zin 4.

Sententia

Zin 4 is opnieuw een mooi voorbeeld van een sententia

Iactura is eigenlijk een woord uit de economische sfeer, zoals vindicare eerder uit de juridische sfeer komt. Seneca wil graag iedereen kunnen aanspreken en duidelijk zijn.

Verklaar 'volueris'.

1. si + ind. fut. ex. BWBz voorwaarde realis - elabitur
2. si + ind. fut. s. BWBz voorwaarde realis - elabitur
3. si +conj. perf. BWBz voorwaarde Pot V - elabitur
4. si + conj. pr. BWBz voorwaarde Pot - elabitur

Welke stijlfiguren zitten in het stukje 'magna pars...agentibus (laatste)'.

agentibus

2 opties om te verklaren

1. LA met een verzwegen O
2. zelfstandig part.: dat. BWB nadeel

Vertaal zin 5.

Welk punt probeert Seneca te verduidelijken in paragraaf 1?

Conclusie paragraaf 1

• oproep tot zelfbestemming: besteed je tijd juist!
• We zitten duidelijk midden in een conversatie van een proficiens aan een proficiens door zowel de vriendelijke als belerende toon.

Welke stijlfiguren zitten in de eerste zin van paragraaf 2?

Verklaar 'ponat'.

1. qui+ ind. pr. BVBzin beschr GT toek dabis
2. qui+ conj. pr. BVBzin bijgedachte gevolg GT toek dabis
3. qui+ conj. pr. BVBzin bijgedachte doel GT toek dabis
4. qui+ conj. pr. BVBzin bijgedachte reden GT toek dabis

Vertaal zin 1 paragraaf 2.

Welk punt probeert Seneca te maken met zijn retorische vraag?

fallimur: wie?

1. wij allemaal
2. Lucilius en Seneca
3. poët. mv.: enkel Seneca

Vertaal zin 2 paragraaf 2 (t.e.m. tenet).

Sententia

Quidquid...tenet is opnieuw een mooi voorbeeld van een sententia

Volgens de stoa is de dood dus deel van het leven en elk moment dat voorbij is, is deel van de dood. Het is dus belangrijk om niet te veel te kijken naar het verleden (want dat is al dood) noch naar de toekomst (want zo is dit moment deel van de dood).

Verklaar 'pendeas'.

1. ut+ ind. pr. BWBzin tijd GT toek fiet
2. ut+ conj. pr. BWBzin tijd GT toek fiet
3. ut+ conj. pr. BWBzin gevolg GT toek fiet
4. ut+ conj. pr. med. ozin toek fiet

Vertaal zin 3 paragraaf 2 (t.e.m. einde).

Ook hier zitten verwijzingen naar de economische en juridische sfeer. Herken je ze?

Welke elementen van een brief herken je ook in deze paragraaf?

1. vocatief
2. imperatief
3. vraag
4. verwijzen naar vorige conversatie

Zo, dit was deel 1 van brief 1. Zijn er vragen/opmerkingen/...?