Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Les 1: Keuzevak Triagist
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat komt aan bod
Filmpje
Werken als triagist
Stappenplan en aspecten
Triage stappen
Urgenties
Audits
Casussen
Opdracht
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Wat komt er na een filmpje in je op?
Slide 3 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat heb je nodig om een triagist te worden op de HAP
Slide 4 - Carte mentale
Om triagist te worden, heb je een zorgachtergrond op minimaal MBO-4 niveau nodig, zoals doktersassistent of verpleegkundige. Daarna volg je een aanvullende opleiding of in-service opleiding bij een geaccrediteerde huisartsenpost of opleidingsinstituut. Deze opleiding combineert vaak theorie met praktijkopdrachten en stage-uren.
Stappenplan
Vooropleiding
Sollicitatie
Opleiding
Praktijk
Diploma
Nascholing
Slide 5 - Diapositive
1. Vooropleiding:
Zorg voor een afgeronde MBO-4 opleiding tot doktersassistent of verpleegkundige (of een gelijkgestelde opleiding).
2. Sollicitatie:
Solliciteer bij een huisartsenpost of een organisatie die triagisten opleidt.
3. Opleiding:
Start met de opleiding tot triagist. Dit kan een in-service opleiding zijn, waarbij je direct aan de slag gaat en leert in de praktijk. (triagist in opleiding)
4. Praktijk:
Tijdens de opleiding leer je triagegesprekken voeren, werk je met triage-systemen en doe je praktijkopdrachten.
5. Diploma:
Na het succesvol afronden van de opleiding en portfolio-opdrachten, kun je in aanmerking komen voor het branche-erkende diploma triagist.
6. Nascholing:
Om de kwaliteit van je werk te waarborgen, is het belangrijk om je kennis up-to-date te houden en deel te nemen aan nascholing.
Belangrijke aspecten
Werkervaring
Kennis en vaardigheden
Persoonskenmerken
Onregelmatige diensten
Slide 6 - Diapositive
Werkervaring:
Relevante werkervaring, bijvoorbeeld als doktersassistent, kan een voordeel zijn bij je sollicitatie en opleiding.
Kennis en vaardigheden:
Je hebt een brede kennis van ziektebeelden, medische terminologie, en communicatieve vaardigheden nodig.
Persoonskenmerken:
Doorzettingsvermogen, stressbestendigheid en de vaardigheid om zelfstandig beslissingen te nemen zijn belangrijk.
Onregelmatige diensten:
Als triagist werk je vaak in onregelmatige diensten, ook 's avonds, 's nachts en in het weekend.
Hoe werkt triage binnen de HAP
Vijf stappen
Afhankelijk van het toestandsbeeld van de patiënt worden de volgende vijf stappen doorlopen:
ABCD-veilig: is er levensgevaar?
Keuze ingangsklacht: wat is er aan de hand?
Urgentie bepalen: op basis van de triagecriteria en het triagetype (fysieke of telefonische triage). De triagist kan de urgentie aanpassen op basis van de context, alarmsignalen en risicogroepen.
Vervolgactie: op basis van de urgentie en het triagetype. De triagist kan de vervolgactie aanpassen op basis van de context, alarmsignalen en risicogroepen.
Adviezen: op basis van de urgentie en de triagecriteria. De triagist stemt de adviezen af op de patiënt.
Slide 7 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Zes urgenties
Welke?
Slide 8 - Diapositive
U0= uitval ABCD – resuscitatie (reanimatie)
U1= instabiele ABCD – direct levensgevaar (onmiddellijk)
U2 = bedreiging ABCD of orgaanschade (zo snel mogelijk)
U3= reële kans op schade/humane redenen (binnen enkele uren)
U4= verwaarloosbare kans op schade (binnen een etmaal)
U5= geen kans op schade (volgende werkdag)
Daarnaast geeft NTS advies over de vervolgacties (bv Ambulance, Spoedeisende hulp, Huisartsenpost of zelfzorgadvies). De uitkomst van triage wordt niet alleen bepaald door de NTS. Ook de context van de patiënt, de competenties van de triagist en aspecten van de organisatie, zoals spoedpost of de aanwezigheid van een regiearts, beïnvloeden het resultaat van de triage.
Audits voor de triagisten
2x in het jaar worden per keer 2 gesprekken beoordeeld.
(4 gesprekken op jaarbasis)
Slide 9 - Diapositive
Bij onvoldoende --> trainingen + herkansing 2x kans