Verbanden en signaalwoorden

• NT2
• ISK

Verbanden en signaalwoorden

Maandag 3 februari

Wat is een signaalwoord

Wat zijn signaalwoorden?

1. Woorden die verbanden tussen zinnen leggen
2. Woorden die zelfstandig staan
3. Woorden die iets aan elkaar staan
4. Woorden die extra informatie geven

Lesdoelen

Je begrijpt dat signaal woorden helpen bij het vinden ven begrijpen van verbanden

Je kent voorbeelden van signaalwoorden voor verbanden

Je kan een paar signaalwoorden toepassen

Signaalwoorden en verband

Oorzaak /reden

Ik kom niet naar school, want ik ben ziek.

Gevolg

Hij eet elke dag McDonalds, daardoor is hij dik.

Volgorde
Eerst hebben we sport, vervolgens lezen en daarna taakuur.

doel

Sarah sport veel om sterker te worden.

middel

Door middel van proteïneshakes, kan zij beter sporten.

voorwaarde

Je mag naar de wc onder voorwaarde dat je over 5 min terug bent.

voorbeeld

Een leerstrategie is een manier om te leren, zoals moeilijke woorden vaak schrijven.

overeenkomst

Yamen heeft een andere school gehad dan Carlos. Toch moet hij net als Carlos Nederlands oefenen.

verschil /tegenstelling

In tegenstelling tot Chandré, is mevrouw Tanja klein.

Signaalwoorden geven verbanden aan in een tekst.

1. waar
2. niet waar

Wat is géén signaalwoord tegenstellend verband?

1. Toch
2. Echter
3. Daarentegen
4. Toen

'Want' is een signaalwoord. Welk verband geeft het aan?

1. Een uitleg
2. Een voorbeeld
3. Een tegenstelling
4. Een opsomming

Signaalwoorden geven verbanden aan. Welk verband wordt aangegeven door het signaalwoord 'maar'

1. vergelijking
2. argument
3. tegenstelling
4. volgorde

Signaalwoorden tegenstellend verband zijn

1. maar, echter, toch
2. om te, door te, door middel van
3. eerst, vervolgens, dan
4. dus, kortom, slotsom

Signaalwoorden geven verbanden aan tussen ....

1. teksten
2. woorden
3. woorden, zinnen
4. woorden, zinnen, alinea's

Wat zijn signaalwoorden opsommend verband ?

1. om te beginnen, ook, bovendien, en, daarnaast, vervolgens, verder, ten slotte
2. daardoor, doordat, als gevolg van
3. maar, toch, echter, desondanks, aan de ene kant .... aan de andere kant, daar staat tegenover
4. daarom, dus, omdat, want, namelijk, immers

Oefenen met Tanja

Abel

Maiadh

Ruqaiah

Yamen

Kseniia

Naima

Ria

Zayhara

Oefenen duo's

Abdulhamid -Carlos

Rayan -Mariana

Bilal-Ria

Alina-Chandré

Sleep het juiste verband naar het juiste signaalwoord.

om ... te

maar

verder

zo

tegenstellend verband

opsommend verband

middel-doel verband

voorbeeldgevend verband

Ik kan signaalwoorden en verbanden tussen zinnen herkennen.

1. ja
2. bijna
3. nee