Groep 8 Staal Spelling Blok 3 week 1 les 1

Leenwoorden
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Leenwoorden

Slide 1 - Diapositive

enthousiast

Slide 2 - Diapositive

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 3 - Question ouverte

stationnetje

Slide 4 - Diapositive

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 5 - Question ouverte

etalage

Slide 6 - Diapositive

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 7 - Question ouverte

corsage

Slide 8 - Diapositive

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 9 - Question ouverte

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 10 - Question ouverte

nieuwsgierig

Slide 11 - Diapositive

Schrijf wat je net hebt gezien:

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Leenwoorden
Woorden uit een andere taal die we in het Nederlands gebruiken.

Meestal uit het: Engels, Frans, Duits, Latijn
Maar ook uit het: Fins, Japans, Spaans

Het zijn weetwoorden.
 

Slide 14 - Diapositive

FUNNY HOME VIDEOS

Ik kreeg dit weekend een email met een link naar een filmpje. Het was gefilmd door de coach van mijn zoon. Ik ben zelf trainer van dat team. Op mijn laptop bekeek ik de video.
Tijdens de wedstrijd nam de tegenpartij  een corner en vlak voor de keeper de bal wilde pakken, maakte mijn zoon hands. Penalty! 
De kids waren echt 'not amused'.
De keeper had een prachtige safe en kickte de bal toen in een keer naar voren. Mijn zoon nam de bal aan, dribbelde naar voren en in dezelfde minuut scoorde hij een prachtige goal. 'Amazing!'

Slide 15 - Diapositive

Je zegt:
  1. jes
  2. flet
  3. wiekent
  4. lunsj
  5. kompjuter
Je schrijft:
  1. ......
  2. .....
  3. .....
  4. .....
  5. ......

Slide 16 - Diapositive

Je zegt:
  1. jes
  2. flet
  3. wiekent
  4. lunsj
  5. kompjuter
Je schrijft:
  1. YES
  2. FLAT
  3. WEEKEND
  4. LUNCH
  5. COMPUTER

Slide 17 - Diapositive

Franse leenwoorden
* routewoord
* chefwoord
* garagewoord
*cadeauwoord
* caféwoord
* militairwoord
* trottoirwoord

Slide 18 - Diapositive

Wat is een Frans leenwoord?
A
sticker
B
badkamer
C
spiegel
D
douche

Slide 19 - Quiz

Verbeter dit fout geschreven woord: punèze

Slide 20 - Question ouverte

Je ziet hier friet met ...........
(een Frans leenwoord, maar als je het in Frankrijk bestelt, smaakt het heel anders dan hier)

Slide 21 - Question ouverte

Welk woord is fout gespeld?
A
biscuit
B
coergette
C
crêpepapier
D
croissant

Slide 22 - Quiz

Welk woord is fout gespeld?
A
quiche
B
milkshake
C
weekent
D
muesli

Slide 23 - Quiz

Toen ik nog op voetbal zat, moest ik elke dag ...
A
trenen
B
treenen
C
trianen
D
trainen

Slide 24 - Quiz

Dit wordt gebruikt bij tennis:
een ...
A
recket
B
reket
C
racket
D
raket

Slide 25 - Quiz

Ethiopië

Slide 26 - Diapositive