Hoofdstuk 14 Tijd en Snelheid, Tijd omrekenen

Hoofdstuk 15.2 Tijd omrekenen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1-4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 15.2 Tijd omrekenen

Slide 1 - Diapositive

Planning van de les

- Doelen bespreken
- Instructie tijd omrekenen
- Opdrachten maken

Slide 2 - Diapositive

Bij welke eeuw hoort 1869?
A
18de eeuw
B
19ste eeuw
C
20ste eeuw
D
21ste eeuw

Slide 3 - Quiz

Doelen van de les
- Ik kan uren en minuten naar elkaar omrekenen
- Ik kan minuten en seconden  naar elkaar omrekenen
- Ik kan jaren en maanden naar elkaar omrekenen
- Ik kan weken en dagen naar elkaar omrekenen
- Ik kan dagen en uren naar elkaar omrekenen

Slide 4 - Diapositive

Omrekenen van seconde naar minuut en andersom
Om met snelheid te kunnen rekenen, 
moet de tijd in seconden staan, of in uur.


Slide 5 - Diapositive

reken uit:
1.5 min. = ....... s
A
15 s
B
150
C
90 s
D
90

Slide 6 - Quiz

reken uit:
630 s = .....min
A
10.5 min
B
63 min
C
1.05 min
D
6.3 min

Slide 7 - Quiz

Omrekenen van minuut naar uur
Om met snelheid te kunnen rekenen, 
moet de tijd in seconden staan, of in uur.



Slide 8 - Diapositive

reken uit:
3000 min = .... h
A
5 h
B
18 h
C
50 h
D
180000 h

Slide 9 - Quiz

reken uit:
0.2 h = ...... min
A
12 min
B
20 min
C
200 min
D
0.1 min

Slide 10 - Quiz

tijd omrekenen 

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag!
Hoe?
Zelfstandig
Ik loop rond voor vragen
Blz.
Hoofdstuk 14
begint op blz. 105

Opdr.
1 t/m 13
Er moet een berekening bij.

Klaar?
Iets voor jezelf doen op je chromebook, waarbij je niemand anders stoort. 


timer
15:00

Slide 12 - Diapositive