Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Beta
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
5.3 Genen en allelen + 5.8 Dominant en recessief
1 / 31
suivant
Slide 1:
Diapositive
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
31 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
T5 Erfelijkheid &
Evolutie
5.3 Genen & Allelen
Leerboek op tafel
Telefoon in het zakkie op tafel
Jas uit en over je stoel
Tas op de grond
Slide 2 - Diapositive
Programma vandaag
Terugblik 5.2 Chromosomen
Uitleg 5.3 Genen en allelen
Uitleg 5.8 Dominant en recessief
Slide 3 - Diapositive
Chromosomen paar
Chromosoom
Geslachtschromosomen
Slide 4 - Question de remorquage
Sleep het aantal chromosomen naar de juiste cellen (rode vakje)
46 chromosomen
46 chromosomen
4
6 chromosomen
23 chromosomen
23 chromosomen
Slide 5 - Question de remorquage
Eicel
levercel van een vrouw
Zaadcel
Zenuwcel van man
1 Y- of 1 X-chromosomen
2 X-chromosomen
1 Y- en 1 X-chromosoom
1 X-chromosoom
Slide 6 - Question de remorquage
5.3 Genen en allelen
Genen en allelen
Slide 7 - Diapositive
Leerdoelen 5.3
* Je kunt omschrijven wat genen en allelen zijn.
* Je kunt omschrijven wat een mutatie is.
* Je kunt omschrijven wat kanker is.
Slide 8 - Diapositive
Maak zo veel mogelijk woorden met de letters E, T, R en S. Je mag de letters vaker gebruiken in een woord.
Slide 9 - Question ouverte
DNA
Chromosomen bestaan voor een groot deel uit de stof
DNA.
DNA is opgebouwd uit de
Basen
: A, T, C, G
De basen A-T en C-G vormen altijd een paar. Dus een
Basenpaar
Slide 10 - Diapositive
Basenparen
Slide 11 - Diapositive
GEN
Een
g
en
bestaat uit duizenden basenparen.
Een gen codeert voor 1 eigenschap.
Een gen wordt vertaald naar eiwitten
Slide 12 - Diapositive
Genvariant of allel
Chromosomenpaar met verschillende genen.
informatie Gen =
Genvariant / Allel
de Allelen van die voor het zelfde coderen op de chromosomenpaar =
allelenpaar.
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Mutaties
Een chromosoom kan beschadigd raken, waardoor een of meer erfelijke eigenschappen veranderen. Dit noemen we een mutatie.
Slide 15 - Diapositive
Wat heeft meer invloed? Een mutatie in een geslachtscel of een mutatie in een lichaamscel?
A
Geslachtscel
B
Lichaamscel
C
Beide evenveel
D
Geen van beiden
Slide 16 - Quiz
Mutatie
Weinig invloed in enkele lichaamscel
Groter gevolg in geslachtscel.
Slide 17 - Diapositive
Mutagene invloeden
.
Mutagene invloeden
zijn dingen die je DNA kunnen laten muteren.
Slide 18 - Diapositive
Mutant
Voorbeeld mutant:
Albinisme
of melanisme
Gen voor pigment (melanine), werkt niet (albinisme) of overmatig (melanisme)
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Kanker
Kwaadaardige
en goedaardige
Tumor
.
Uitzaaiing
verspreidt kanker naar andere delen van het lichaam.
Slide 21 - Diapositive
Wat is een mutatie?
A
Verandering in je fenotype
B
Is iemand die er anders uitziet. Zoals een albino
C
Een ongecontroleerde celdeling
D
een plotselinge verandering in het genotype van een cel
Slide 22 - Quiz
Wat is geen mutatie?
A
albinisme
B
obesitas
C
dwerggroei
D
pigmentvlekken
Slide 23 - Quiz
Aan de slag!
Maak opdrachten 1 t/m 8 van §5.3 Genen & Allelen
In stilte, rustig overleggen met buurman/buurvrouw mag
Slide 24 - Diapositive
Leerdoelen 5.8
Je kunt omschrijven wat homozygoot, heterozygoot, dominant en recessief betekenen.
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Vidéo
Homozygoot
Zijn de 2 allelen
gelijk
, dan ben je homozygoot voor deze eigenschap. (zoals gen B)
Heterozygoot
Zijn de 2 allelen
ongelijk
, dan ben je
heterozygoot
voor deze eigenschap (zoals gen A)
Slide 27 - Diapositive
Dominant
Het allel dat het sterkst is, bepaalt welke eigenschap jij krijgt. Dat allel noem je dominant. Dit noteren we met een
hoofdletter
: Bijv. A of B
Recessief
De eigenschap/het allel die niet zichtbaar wordt, noem je
recessief
. Dit noteren we met een
kleine letter
: Bijv a of b
Slide 28 - Diapositive
Gensymbolen (genotype)
Als je
homozygoot
bent voor deze eigenschap:
- of AA (fenotype zwart haar) - of aa (fenotype blond haar)
Als
heterozygoot
heb je dan: - Aa (fenotype zwart haar)
Slide 29 - Diapositive
Bij cavia's is kort haar (R) dominant over
lang haar (r). Wat is het genotype van een
cavia met lang haar?
A
RR
B
rr
C
Rr
Slide 30 - Quiz
Werktijd
- Ga rustig aan de slag met de opgaven van 5.8. Je mag fluisterend overleggen.
- Klaar me de opgaven? Oefen met flitskaarten, de "test jezelf" of op www.biologiepagina.nl
Slide 31 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
5.3 Stamboomonderzoek dl1
May 2023
- Leçon avec
44 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
5.3 Genen en allelen + 5.8 Dominant en recessief
February 2025
- Leçon avec
29 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
9.2 Stamboomonderzoek
May 2023
- Leçon avec
36 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
9.2 Stamboomonderzoek
June 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
5.3 + 5.8: Genen en allelen / dominant en recessief
May 2024
- Leçon avec
27 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
5.3: Stamboomonderzoek dl2
May 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Paragraaf 5.3/5.8: Genen en allelen/Dominant en recessief 3A
March 2025
- Leçon avec
36 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
herhaling + (feedback PO summatief) + UL 5.3 + 5.8 2VWO
May 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2