Kern 10 - dag 6 - 10

• Spelling
• Basisschool
• Groep 3

Kern 10, dag 6 - 10

Woorden schrijven, lezen en begrijpen

gezicht

beroep

schaar

mengen

vorm

verf

rechthoek

schilder

portret

knippen

Dit zijn de honden van Riet en Riek.
Ze zijn gevlekt en hebben geen staart.
De hond van Riet heeft een strik.

1. 
2. 
3. 

stenen

knopen

broden

snavel

ei

ij

Soof pakt een lepel, 

Ik doe zout bij de soep, 

Lies blaast in de kom, 

want de soep is heet.

want de soep is flauw

want ze eet soep.

De taart staat in de oven. Daan voelt met zijn hand of de taart al warm is. De oven is heel heet.
...................................................

1. Daan pakt de taart.
2. Daan heeft pijn aan zijn hand.
3. Mama is blij.

Pim gaat met de fiets naar school. Hij rijdt over het glas. De band is kapot. Pim gaat nu lopend naar school.

1. Pim is te laat op school.
2. Pim is als eerst op school.
3. Pim gaat naar huis.

1. 
2. 
3.