Instructie geven

Welkom

Een instructie geven
Nederlands
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom

Een instructie geven
Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoel
  • Je weet wat een instructie is.
  • Je weet welke woorden belangrijk zijn bij het geven van een instructie.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Ga naar Lessonup.app
  • Voer de code in 
  • Kies een groepsnaam

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een voorbeeld van een instructie is...?
A
Een reclamefolder
B
Een strip
C
Een leesboek
D
Een recept

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met het tekstdoel 'instructie geven',
wil een schrijver...?
A
De lezer vermaken.
B
Dat de lezer iets leert.
C
De lezer informatie geven.
D
Uitleggen aan de lezer hoe hij iets moet doen.

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Voor de onderstaande opdracht krijg je 3 minuten
de tijd.

  • Vouw een papieren vliegtuig.
timer
3:00

Slide 6 - Diapositive

Geen instructie!
Vergelijken
Bekijk de vliegtuigjes die gevouwen zijn door iedereen uit de klas. Niet alle vliegtuigjes zullen gelijk zijn. 

  • Zijn alle vliegtuigjes in dezelfde 
      volgorde gevouwen?
  • Hoe kan het dat niet alle 
       vliegtuigjes gelijk zijn?


Slide 7 - Diapositive

Bron: www.steamcommunity.com via Google
Uitleg instructie
  • De vliegtuigjes zijn niet allemaal gelijk, omdat er geen uitleg gegeven is over hoe en in welke volgorde je een vliegtuigje moet vouwen. Er was dus geen goede instructie.

  • Bij een instructie leg je iemand uit hoe je iets moet doen. 
  • Het is belangrijk dat je de informatie in een logische volgorde opschrijft. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een instructie
  • Een instructie schrijf je in de gebiedende wijs
       Doe... / Ga... / Maak... / Pak .../ Meng... / ...

  • Bij een instructie moet je ook aandacht besteden aan hoe je tekst eruit ziet, de lay-out. Schrijf korte en duidelijke zinnen, maak gebruik van plaatjes, gebruik een titel en kopjes. 




Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een recept is een voorbeeld van een instructie. Bedenk andere voorbeelden
van instructies.

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar krijg je allemaal met instructies te maken?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een instructie
  • Je noemt een uitleg een instructie.

  • Bij een instructie leg je iemand uit hoe je iets moet doen. Het is belangrijk dat je de informatie in een logische volgorde opschrijft/vertelt. 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een instructie geven
Wanneer je een instructie gaat geven is het belangrijk om te bedenken in welke volgorde je de informatie zet.

  • Met welke informatie begin je?
  • Welke informatie geef je daarna?
  • Met welke informatie eindig je?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie geven
  1. Vertel waar de instructie over gaat.
  2. Geef de informatie stap voor stap, in eenvoudige zinnen.
  3.  Zet de aanwijzingen in de volgorde waarin de instructie uitgevoerd moet worden.
  4. Gebruik doe-woorden (neem, pak) en signaalwoorden (om te beginnen, eerst, daarna, tenslotte).

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie geven
  1. Vertel waar de instructie over gaat.
  2. Geef de informatie stap voor stap, in eenvoudige zinnen.
  3.  Zet de aanwijzingen in de volgorde waarin de instructie uitgevoerd moet worden.
  4. Gebruik doe-woorden (neem, pak) en signaalwoorden (om te beginnen, eerst, daarna, tenslotte).
  • Hoe maak je een wandelstok?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 1: vertel waar de instructie over gaat

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 2: geef de informatie stap voor stap, in eenvoudige zinnen.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 3: Zet de aanwijzingen in de volgorde waarin de instructie uitgevoerd moet worden.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 4: gebruik doe-woorden (neem, pak) en signaalwoorden (om te beginnen, eerst, daarna, tenslotte).

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Nog een keer
1. Leg een vel paper in de lengterichting voor je.
2. Vouw het in de lengterichting dubbel en vouw het weer open. Je hebt nu een middenvouw gemaakt.
3. Vouw de bovenste hoeken naar de middenvouw. 
4 +5. Vouw de nieuwe schuine bovenhoeken ook naar de middenvouw toe.
6. Vouw het papier langs de middelvouw dubbel en zorg dat de driehoekjes die je gemaakt hebt aan de binnenkant komen te zitten.
7. Maak vleugels door de schuine kanten naar de middenvouw toe terug te vouwen.
8. Pak de middenvouw vast en open de vleugels.

Slide 21 - Diapositive

Bron: https://nl.123rf.com via Google
eerst, daarna, vervolgens, ten slotte
Deze woorden noem je ook wel:
A
Signaalwoorden (opsomming)
B
werkwoorden
C
bijvoeglijk naamwoorden
D
signaalwoorden (tegenstelling)

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een instructie gebruik je vaak
A
vraagzinnen
B
gebiedende wijs
C
uitroeptekens
D
bijzinnen

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om je instructie te verduidelijken gebruik je:
A
veel spaties tussen de zinnen
B
veel woorden
C
plaatjes , tekeningen
D
grote letters

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 2

Kijk naar de instructie hiernaast. Het is een instructie voor een spel met een fles.

Zet de verschillende stappen in een logische volgorde zodat er een duidelijke instructie ontstaat.






Speluitleg
1) Ga in een kring om de fles zitten.
2) Schrijf de opdracht op een papiertje en rol hem op.
3) Voer de opdracht uit die op het papiertje staat.
4) Draai de fles rond tot hij stopt.
5) Bedenk allemaal een opdracht.
6) Degene naar wie de fles wijst, pakt een papiertje uit de fles.
7) Stop de opdrachten in een fles.




Slide 25 - Diapositive

Bron: www.jeanne-miniatuur-schilderij.nl via Google

Noteer de juiste volgorde in je schrift.

Antwoord:
Juiste volgorde moet zijn:
5 - 2 - 7 - 1 - 4 - 6 - 3

- Ga in een kring om de fles zitten.
- Schrijf de opdracht op een papiertje en rol hem op
- Voer de opdracht uit die op het papiertje staat.
- Draai de fles rond tot hij stopt.



- Bedenk allemaal een opdracht.
- Degene naar wie de fles wijst, pakt een papiertje uit de fles.
- Stop de opdrachten in een fles.
1
2
3
4
5
6
7

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Nu een instructie die misschien makkelijk te snappen is, maar moeilijk uit te voeren is.

Benoem de kleuren op de volgende slides.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groen

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Blauw

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Oranje

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Rood


Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geel

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Blauw

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Heb je het lesdoel behaald?
Lesdoel: Je weet wat een instructie is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions



Lesdoel:
Je weet welke woorden belangrijk zijn bij het geven van een instructie.
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions