H2.3 t/m 2.5 voor PW 3Havo

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Chemische reacties 

Wat gaan we doen?

• Herhalen H2.3 t/m 2.5 voor PW 

Chemische reactie

verdwijnen de begin stof(fen) en ontstaan reactieproduct(en) 

Reactieschema = in WOORDEN

Ijzer (s) + Zwavel (s) → Ijzersulfide (s) 

Reactievergelijking = in afkortingen 

8 Fe (s) +        (s) → 8 FeS (s)

S​8​​

Doelen §2.3

• Opstellen reactievergelijkingen
• Kloppend maken reactievergelijkingen 

§2.3

1. Stel reactieschema op (in woorden) 

2. Vervang de namen voor de afkortingen van de stoffen

3. Tel de atomen voor en na de pijl (dit moet gelijk zijn) 

4. Maak de reactie kloppend door de coëfficiënten toe te voegen. 

Voorbeeld

Water (l) --> Waterstof (g) + Zuurstof (g)

             (l) --> 

                (l) -->

H​2​​O​​​

H​2​​(g)+O​2​​(g)

2H​2​​(g)+O​2​​(g)

2H​2​​O​​​

Doelen §2.4

• Kenmerk van ontledingsreactie
•  3 soorten ontledingsreacties kennen
• Ontleding van water (toestel van hoffman)

§2.4

Ontledingsreactie heeft 1 beginstof en 2 of meer reactieproducten 

§2.4

3 ontledingsreacties

• fotolyse = licht
• elektrolyse = elektriciteit
• thermolyse = warmte 
  
  

Lyse= ontleding

§2.4

Toestel van Hofmann

§2.4

Aantonen reactieproducten ontleding van water

- waterstofgas opvangen brandende lucifer geeft knalletje

- zuurstof toon je aan met gloeiende houtspaander. Door zuurstof feller branden 

Doelen §2.5

• Kenmerken van verbrandingsreactie kennen 
• weten wat oxides zijn 
• Verschil tussen volledige en onvolledige verbranding kennen 
• Weten wat een reagens is  

§2.5

Verbrandingsreactie = altijd met ZUURSTOF 

3 voorwaardes voor brand :

1= zuurstof

2= ontbrandingstemperatuur 

3= brandstof 

§2.5

oxides= stoffen die vrijkomen bij verbranding

Bevatten altijd ZUURSTOF 

Koolwaterstof = stof die uit koolstof (C) en waterstof (H) bestaat 

CO​2​​

§2.5

Bij volledige verbranding van koolwaterstof (C &H) ontstaat altijd water en koolstofdioxide 

CH​4​​(g)+2O​2​​(g)→CO​2​​(g)+2H​2​​O(l)

§2.5

Bij onvolledige verbranding van koolwaterstof (C&H) ontstaat altijd water en koolstofmonoxide = CO 

2CH​4​​(g)+3O​2​​(g)→2CO(g)+4H​2​​O(l)

§2.5

Reagens = stof waarmee je een andere stof kunt aantonen 

helder kalkwater = wordt troebel met koolstofdioxide

wit kopersulfaat = wordt blauw met water

joodwater = bruingele kleur wordt helder  met zwaveldioxide 

Goede oefeningen

2.3= 33, 34, 37, 38

2.4= 43, 44, 48

2.5= 49, 52, 53, 56, 59 

Toetsvoorbereiding= 1, 4, 7, 8, 9