Van alles van H2

Hoe noem je de wat minder belangrijke dingen in een tekst?
1 / 10
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Hoe noem je de wat minder belangrijke dingen in een tekst?

Slide 1 - Question ouverte

Hoe noem je de belangrijkste dingen in een tekst?

Slide 2 - Question ouverte

Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

Onze woning staat in het hart van de stad.
A
letterlijk taalgebruik
B
figuurlijk taalgebruik

Slide 3 - Quiz

Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

In mijn boekenkast staat een boekenvoorraad van hier tot Tokyo.
A
letterlijk taalgebruik
B
figuurlijk taalgebruik

Slide 4 - Quiz

Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

Ik heb vandaag een lange dag, namelijk van het eerste t/m het negende lesuur.
A
letterlijk taalgebruik
B
figuurlijk taalgebruik

Slide 5 - Quiz

Welk woord moet met een hoofdletter geschreven worden?
A
zuiden
B
hendriksen
C
vrijdag
D
september

Slide 6 - Quiz

Neem de zin over en zet hoofdletters waar dat moet.
gisteren liepen meneer jansen en mevrouw balk een eindje door de kalverstraat.

Slide 7 - Question ouverte

Neem de zin over en zet hoofdletters waar dat moet.
willy wonka is een van de hoofdpersonages in een bekende amerikaanse film waarin johnny depp de hoofdrol speelde.

Slide 8 - Question ouverte

Maak van deze twee zinnen één samengestelde zin.
Mijn ouders waren boos.
Ik heb veel te lang gegamed.

Slide 9 - Question ouverte

Maak van deze twee zinnen één samengestelde zin.
Wil jij de afwas doen?
Ga je liever met de hond wandelen?

Slide 10 - Question ouverte