Ook taal - Fragment uit: Het dikke zeedierenboek

• Begrijpend lezen
• Literatuur
• Basisschool
• Groep 5-8

Fragment uit:
Het dikke zeedierenboek

Ik kan de verschillende onderdelen van ‘Het dikke zeedierenboek’ uitleggen.

Ik leer over eindrijm en verschillende rijmschema’s.

Ik leer verschillende feitjes over de blauwe vinvis.

Bekijk de tekst.

Het leesfragment vind je hier.

Bekijk de teksten.

Bespreek per tekst:

• Wat valt je op aan de vorm, de kopjes, de titel en de plaatjes?
• Wat is dit voor tekst?
  
• Hoe ga je deze tekst lezen?
  
• Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?
  
• Wat weet je er al van?

Dit is een inkijkexemplaar.

Lees: Woord vooraf

Zagen jullie de kenmerken terug?

Bespreek de tekst.

Kenmerken Woord vooraf

Lees nu 2x het versje over de blauwe vinvis.

Waarom helpt het om een gedicht twee keer (voor) te lezen?

Vind je het een leuke/ mooie tekst? Waarom?

AABB

We leren over een gedicht

Er worden wonderen verricht

Ja, met Kidsweek in de klas

Daarmee zijn we in ons sas!

ABAB

We leren over een gedicht

Ja, met Kidsweek in de klas
Er worden wonderen verricht

Daarmee zijn we in ons sas!

ABBA

We leren over een gedicht
Ja, met Kidsweek in de klas

Daarmee zijn we in ons sas!

Er worden wonderen verricht

Als de laatste woorden uit de zinnen rijmen, spreken we van eindrijm.

Herken je een rijmschema in De blauwe vinvis?

Bij een rijmschema worden de zinnen die op elkaar rijmen aangeduid met dezelfde letters.

De leerkracht legt uit.

De leerkracht doet het voor.

Welke weetjes staan er in dit stukje tekst?

Ik lees de eerste strofe nog een keer.

De weetjes schrijven we als aantekeningen bij de tekst of op een aantekeningenblad.

We doen het samen!

Welke weetjes staan er in dit stukje tekst?

We lezen de tweede strofe nog een keer.

De weetjes schrijven we als aantekeningen bij de tekst of op een aantekeningenblad.

Nu jullie!

Bespreek per strofe welke weetjes erin genoemd worden.

Lees met je maatje de rest van de tekst.

De weetjes schrijven we als aantekeningen bij de tekst of op een aantekeningenblad.

Klaar?
Maak een quiz van 8 vragen bij deze tekst.

Wat vond je de beste vraag die je beantwoord hebt?

Op welk van jouw vragen ben je het meest trots?

Hoe ging het beantwoorden van de vragen?

Waarom vind je dat zo’n goede vraag?

Wissel met een ander tweetal de vragen uit en beantwoord elkaars vragen. 

Tot de 

volgende keer!