leesvaardigheid A3

Bienvenue!
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bienvenue!

Slide 1 - Diapositive

Présence
tout le monde est présent?

Slide 2 - Diapositive

le programme
on parle français
lire: textes 

Bonjour! 
Je m'appelle
madame Stegenga

Slide 3 - Diapositive

j'irai où tu iras

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

parler français: journée pourrie

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

le programme
1. Toetsweek: wat kun je verwachten
2. Trucs bij het behandelen van een tekst
3. Aan de slag met VMBO-TL examen

Slide 8 - Diapositive

l'objectif de ce cours
Je weet hoe je een examentekst aanpakt

samen kijken vanaf tekst 11 / 2014

Slide 9 - Diapositive

ça va?

Slide 10 - Diapositive

de eerste vraag
gaat altijd over het onderwerp van de tekst. 
check het plaatje en de titel
zit er hulp in de vraag? zit er bijvoorbeeld nuttige info in over het onderwerp?
Bij een open vraag: goed de vraag lezen, die is een bron van informatie samen met plaatje en titel 

Slide 11 - Diapositive

wat zegt alinea 1 over X?
Bij 'X' vind je informatie over het onderwerp!

Slide 12 - Diapositive

de vragen zijn chronologisch
kijk dus goed over welke alinea de vraag gaat
na een vraag over alinea 1 volgt een vraag over alinea 2, enz.

Slide 13 - Diapositive

signaalwoorden (tekst 12)
de grote lijn van de tekst zit daar, waar je signaalwoorden ziet.

let op signaalwoorden en :
daar staan antwoorden!

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

ABCD vragen (tekst 13)
meestal zijn er 2 onzinantwoorden. Hoe herken je die?
zin zonder signaalwoord in het antwoord? meestal fout.
staat het maar in 1 zin in de tekst? meestal fout.

staat het antwoord vaker dan 1x in de tekst, maar in andere woorden? vaker is goed als het in de grote lijn past!

Slide 16 - Diapositive

voorbeelden in de tekst
Namen, plaatsen, getallen, percentages en data zijn vaak voorbeelden die de zin die daarvoor staat, uitleggen op een makkelijkere manier

let ook op: ainsi, par exemple
daarna volgt een voorbeeld

Slide 17 - Diapositive

woorden die antwoorden meestal fout maken
Alleen goed als het letterlijk zo in de tekst staat. Anders:fout.
1. geen nuance. NL: altijd, alleen, het meest
FR: ne... que, le/la/les plus
2. stijgende/dalende lijn. NL: steeds meer
FR: de plus en plus
 (er zijn er meer, maar voor nu is dit genoeg!)

Slide 18 - Diapositive

expert-vragen
Er staat een NAAM in de vraag.
Een mening staat tussen aanhalingstekens, lees die:
"......" 
of
<<.......>>
Foute antwoorden komen uit de rest van de tekst!

Slide 19 - Diapositive

beweringen-vraag
juist/onjuist, waar/niet waar
lees de antwoorden, streep je zoekterm aan:
  • namen, plaatsen
  • alles wat je in een cijfer kunt uitdrukken, tijdsaanduidingen
  • 'internationale' woorden (discriminatie, autoriteit, etc)
  • niet? zoek dan het woord dat jij herkent.

Slide 20 - Diapositive

au travail
zelf meer oefenen? 
je kunt examens vmbo-kb downloaden op examenblad.nl
(de vragen zijn dan in NL, net als in de toetsweek)

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Lien

Slide 23 - Lien

les devoirs
signaalwoordenlijst goed bewaren en nog eens goed doornemen

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive