§6.4 Klimaat en inrichting deel 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

§6.4 klimaat en inrichting 

Lesdoel(en)

Aan het einde van de les ken/weet je:

• Waarom het riviergebied zich moet aanpassen aan het veranderende klimaat;
  

• Welke maatregelen staan in het plan Ruimte voor de Rivier;
  

• Waarom je in de delta van Zeeland en Zuid-Holland tijdelijk water moet kunnen opslaan;
• Wat de gevolgen van droogte zijn;
• Wat een klimaatbestendige inrichting is.
  

Afvoerput

• NL ligt in een delta
• Kwetsbaar voor water

Valt er veel regen in Duitsland of smelt er sneeuw in de Alpen, Nederland gaat het merken

Soorten rivieren

Er zijn drie soorten rivieren: 

1. Regenrivier 
2. Gletsjerrivier 
3. Gemengde rivier
   

Klimaatadaptatie

= Inrichting van het landschap aan de gevolgen van klimaatverandering

Tekening doorsnede rivier op het bord 

Ruimte voor de rivier

Na 1995 nieuw plan om rivieren meer ruimte te geven

Ruimte voor de rivier = Maatregelen om de veiligheid te verbeteren in het rivierengebied

Lesdoel(en)

Aan het einde van de les ken/weet je:

• Waarom het riviergebied zich moet aanpassen aan het veranderende klimaat;
  

• Welke maatregelen staan in het plan Ruimte voor de Rivier;
  

• Waarom je in de delta van Zeeland en Zuid-Holland tijdelijk water moet kunnen opslaan;
• Wat de gevolgen van droogte zijn;
• Wat een klimaatbestendige inrichting is.
  

Ruimte voor de rivier

Droogte

Naast teveel water ook soms te weinig door droogte en hitte.

Mogelijke gevolgen voor Nederland?

• Onvoldoende zoetwater
• Indringing van zeewater --> verzilten
  

Waarom is het IJsselmeer essentieel in de zomer voor Nederland?

Hitte

Hittestress 

(hogere sterfte- en ziektecijfers, minder productiviteit, meer agressie) 

Effect van een stedelijk warmte-eiland wordt versterkt door verstening van de stad. 

Hitte

Antwoord is vergroening van de stad:

• schaduw
• verkoeling door verdamping
• regenwater kan wegzakken in de bodem
  
  

(klimaatbestendige inrichting)

De basisboeknummers:

Aan de slag

Lezen 6.4

maken §6.4 opdracht 5 t/m 9

Aan de slag

Lezen 6.4

maken §6.4 opdracht 2 t/m 5 en 7

Regiem & debiet

Verschil in waterafvoer: regiem

Totale hoeveelheid water op een bepaald punt: debiet. 

Debiet

hoeveelheid water dat per seconde door de rivier gaat m3/sec 

Hoog debiet:

laag debiet:

Regiem van Rijn en Maas

Debiet

Regiem

Bij droogte kan er verzilting optreden. NL kan dan te kort krijgen aan zoetwater. Waar heeft NL een zoetwatervoorraad?

1. In de Maas
2. In het IJsselmeer
3. In Duitsland
4. In de Rijn

Hoe ontstaat een hitte-eiland?

1. Vergroening
2. Verstening
3. Verzilting
4. Verdamping