§2.1 + §2.2 Kijk en vergelijk & Waar heb je recht op?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

3BK --> 2.1 + 2.2

2.1 Kijk en vergelijk!

2.2 Waar heb je recht op?

Leerdoelen

• Aan het einde van de les weet ik wat consumentenorganisaties doen.
• Aan het einde van de les weet ik wat de ACM doet.
• Aan het einde van de les kan ik uitleggen wat consumer power is.
• Aan het einde van de les weet ik wat keurmerken zijn.
  

Consumentenorganisaties

1. Onpartijdige informatie (vergelijkend warenonderzoek)

2. Beschermen de rechten en plichten van consumenten

3. Actie voeren bij fabrikanten of overheid

Vergelijkend warenonderzoek

• Onderzoek naar prijs en kwaliteit van producten
• Deze informatie is nuttig voor consumenten

ACM (Autoriteit consument en markt)

Dit is een instelling van de overheid die de belangen van consumenten beschermt. De ACM:

• controleert of bedrijven eerlijk concurreren
• controleert of keurmerken betrouwbaar zijn
• geeft informatie en advies over de rechten van consumenten
• onderhoudt de website www.consuwijzer.nl 
• Kan boetes opleggen aan bedrijven 

Kartel

• Verboden prijsafspraken = kartel

• Reden → onderlinge concurrentie beperken

• Overheid verbiedt dit: ACM houdt toezicht 

Consumer Power

Invloed op de fabrikant door als groep consumenten op te treden.

Voorbeelden

1. samen protesteren
2. Een product masaal niet kopen

Doel: fabrikant moet iets gaan veranderen.

Keurmerk

Biologische producten

Biologische producten

Eerlijke producten

Leerdoelen

• Aan het einde van de les weet ik wat consumentenorganisaties doen.
• Aan het einde van de les weet ik wat de ACM doet.
• Aan het einde van de les kan ik uitleggen wat consumer power is.
• Aan het einde van de les weet ik wat keurmerken zijn.
  

Een Consumentenorganisatie ....

1. komt op voor de Nederlandse handel
2. komt op voor de belangen van de consumenten
3. wil winst maken
4. wordt betaald door de regering

Wat is GEEN keurmerk?

1. 
2. 
3. 
4. 

EEN VERGELIJKEND WARENONDERZOEK MAAKT RECLAME VOOR EEN PRODUCT

1. WAAR
2. NIET WAAR