Test
1 / 15
La durée de la leçon est: 9 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Respect
Welke sporten ken jij allemaal? Noem er zoveel mogelijk.
Sporten
timer
5:00
Slide 3 - Carte mentale
Aan welke sport doe je?
Slide 4 - Carte mentale
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Bij welke sport wordt
deze bal gebruikt?
A
Voetbal
B
Rugby
C
Basketbal
D
Volleybal
Slide 7 - Quiz
Bij welke sport wordt
deze bal gebruikt?
A
Handbal
B
Voetbal
C
Volleybal
D
Bowling
Slide 8 - Quiz
Bij welke sport wordt
deze bal gebruikt?
A
American Football
B
Bowling
C
Curling
D
Tennis
Slide 9 - Quiz
Bij welke sport wordt
deze bal gebruikt?
A
Bowling
B
Hockey
C
Biljart
D
Golf
Slide 10 - Quiz
Bij welke sport wordt
deze bal gebruikt?
A
Bowling
B
IJshockey
C
Biljart
D
Minigolf
Slide 11 - Quiz
Niet-georganiseerde sporten
Georganiseerde sporten
Slide 12 - Question de remorquage
door sporten krijg je een betere...
tijdens sporten gebruik je veel...
door sporten worden je longen...
door sporten wordt je longinhoud...
groter
sterker
conditie
zuurstof
Slide 13 - Question de remorquage
sport = ww
sport = zn
Ilse sport elke dag.
Elke week doen we aan sport.
Slide 14 - Question de remorquage
groter
sterker
conditie
zuurstof
door sporten krijg je een betere...
tijdens sporten gebruik je veel...
door sporten worden je longen...
door sporten wordt je longinhoud...
