Hyperbool, understatement, eufemisme

Nederlands - havo 3  - stijlfiguren

understatement - hyperbool - eufemisme
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Nederlands - havo 3  - stijlfiguren

understatement - hyperbool - eufemisme

Slide 1 - Diapositive

Doel

Aan het einde van deze les... 

Weet ik wat een hyperbool, understatement en eufemisme 

Kan ik de  bovenstaande stijlfiguren herkennen in een tekst.

Slide 2 - Diapositive

Stijlfiguren: eufemisme, understatement,hyperbool
- Stijlfiguren gebruik je om een gevoelswaarde aan je woorden te geven.

- Met stijlfiguren kun je overdrijven, iets afzwakken of een pijnlijke zaak wat verzachten

Slide 3 - Diapositive

Eufemisme

Bij een eufemisme zeg je iets zo dat het minder erg of hard overkomt, maar dat doe je dan om een pijnlijke situatie te verzachten en om te voorkomen dat je iemand kwetst.


Voorbeeld: Wij moeten u, als medewerker, helaas laten gaan. 


Men bedoelt: je wordt ontslagen.

Slide 4 - Diapositive

Eufemisme 
Hij werd boventallig verklaard na de reorganisatie.
→ (Hij werd ontslagen.)
De verdachte heeft het slachtoffer uitgeschakeld.
→ (De verdachte heeft het slachtoffer vermoord.)

Slide 5 - Diapositive

Understatement

Als je iets afzwakt, gebruik je een understatement. Je zegt dat iets minder mooi, groot of belangrijk is dan in werkelijkheid.


Voorbeeld: Zij heeft wel een paar centen.


Je bedoelt: ze is rijk.

Slide 6 - Diapositive

Understatement 
Het was een beetje fris op de Noordpool.
→ (Het was ijskoud / extreem koud.)
Hij heeft best aardige cijfers gehaald.
→ (Hij had allemaal tienen.)

Slide 7 - Diapositive

Hyperbool

Als je (erg) overdrijft, gebruik je een hyperbool.


Voorbeeld:  Hij barst van het geld. 


Je bedoelt: Hij is rijk. (Hij barst niet letterlijk!)


Slide 8 - Diapositive

Hyperbool
Ik verveel me dood.
→ (Ik verveel me erg.)
Ik heb een eeuw voor  die toets zitten leren.
→ (Ik heb er lang voor geleerd.)

Slide 9 - Diapositive

Even testen
Welk stijlfiguur herken je in de volgende zinnen? 
(Het stijlfiguur is met hoofdletters geschreven)

Slide 10 - Diapositive

'BEST AARDIG gedaan', zei mevrouw Lubbers over mijn 9,7 voor Frans.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 11 - Quiz

Die film is echt OM JE DOOD TE LACHEN.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 12 - Quiz

Het kost EEN PAAR CENTEN, maar dan heb je ook wat.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 13 - Quiz

De overheid moet de komende jaren AFSLANKEN.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 14 - Quiz

Ik heb gewacht TOT IK EEN ONS WOOG, maar ze kwam niet.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 15 - Quiz

Helaas moest Kees zijn oude hond Willem laten INSLAPEN.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 16 - Quiz

'EEN LEUK KARRETJE', zei Hetty toen ze de Jaguar van Felix zag.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 17 - Quiz

Mijn tante heeft voor één ochtend in de week een INTERIEURVERZORGSTER.
A
eufemisme
B
understatement
C
hyperbool

Slide 18 - Quiz

Zoek (op internet?) zelf een eufemisme en plaats het hier. Bedenk ook waarom het een eufemisme is.

Slide 19 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen een hyperbool en een understatement?

Slide 20 - Question ouverte

Aan de slag. 
Wat ? 
Boek 3 havo 6e. Hoofdstuk 2 woordenschat. 
Stijlfiguren (2): hyperbool, understatement en eufemisme. alle opdrachten. 
Hoe ? 
overleggen met de persoon naast je. 
hand opsteken als je een vraag hebt. 

Slide 21 - Diapositive