Peuter

Herhaling baby-peuter + Pedagogisch raamwerk
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch handelenSecundair onderwijs

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling baby-peuter + Pedagogisch raamwerk

Slide 1 - Diapositive

Welke stelling is fout?
A
lichaam van peuter wordt sterker
B
vanaf 2j neemt groeisnelheid af
C
jongens zijn gemiddeld kleiner dan meisjes
D
peuters hebben veel energie

Slide 2 - Quiz

Hoe komt het dat kinderen met een hogere welvaart groter zijn dan kinderen uit lagere welvaart?

Slide 3 - Question ouverte

In de peuterfase leren kinderen zindelijk worden.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 4 - Quiz

Wat is het doel van het pedagogisch raamwerk van Kind en Gezin?
A
Het voorschrijven van strikte regels voor opvoeding
B
bieden van richtlijnen voor kwaliteitsvolle kinderopvang
C
Het vervangen van ouders in de opvoeding
D
Het beperken van de autonomie van kinderen

Slide 5 - Quiz

Welke van de volgende is GEEN van de vier ervaringsgebieden in het pedagogisch raamwerk?
A
Ik en de ander
B
Lichaam en beweging
C
Technologie en wetenschap
D
Communicatie en expressie

Slide 6 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'holistisch kijken' in de context van het pedagogisch raamwerk?
A
afzonderlijk behandelen van elk ontwikkelingsgebied
B
negeren van de culturele achtergrond van kinderen
C
integreren van ervaringsgebieden in de opvang
D
focussen op één specifiek aspect van de ontwikkeling

Slide 7 - Quiz

Welke rol spelen ouders volgens het pedagogisch raamwerk?
A
Partners in de opvoeding, met wie de opvang samenwerkt
B
Enkel toezichthouders zonder invloed
C
Mensen die enkel verantwoordelijk zijn voor het thuismilieu
D
Enkel informanten over het gedrag van hun kind

Slide 8 - Quiz

Wat is een belangrijk uitgangspunt van het pedagogisch raamwerk?
A
Kinderen moeten altijd gehoorzamen zonder vragen
B
Respect voor diversiteit en inclusie
C
Beperken van de autonomie van kinderen
D
negeren van de culturele achtergrond van gezinnen

Slide 9 - Quiz

Welke van de volgende is GEEN van de vijf opdrachten van de kinderopvang volgens het raamwerk?
A
Zorgen voor inclusie en sociale cohesie
B
Bijdragen tot ecologisch bewustzijn
C
Voorbereiden op levenslang leren
D
Beperken van de communicatie met ouders

Slide 10 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'welbevinden' in de context van het pedagogisch raamwerk?
A
academische prestaties van een kind
B
Het aantal activiteiten waaraan een kind deelneemt
C
hoeveelheid speelgoed beschikbaar voor een kind
D
Hoe goed een kind zich voelt in de opvang

Slide 11 - Quiz

Wat is een belangrijk aspect van het pedagogisch handelen in de opvang?
A
Het volgen van een strikt dagprogramma
B
beperken van interactie tussen kinderen
C
Het bieden van een emotioneel veilige omgeving
D
negeren van de behoeften van individuele kinderen

Slide 12 - Quiz

Hoe draagt de kinderopvang bij aan de samenleving volgens het raamwerk?
A
Door bij te dragen tot gelijke kansen en ecologisch bewustzijn
B
Door kinderen op te voeden volgens één vaststaand model
C
Door kinderen te isoleren van de samenleving
D
Door de culturele achtergrond van kinderen te negeren

Slide 13 - Quiz