Herhaling Eigenschappen van de transformaties

Transformaties
Door een spiegeling, een verschuiving of een draaiing krijgt elk punt juist één andere plaats in het vlak.
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Transformaties
Door een spiegeling, een verschuiving of een draaiing krijgt elk punt juist één andere plaats in het vlak.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Symmetrie
Door een spiegeling om rechte a
wordt de figuur op zichzelf afgebeeld.
We noemen de rechte a
een symmetrieas van de figuur.

Slide 3 - Diapositive

Symmetrie
Zoeken van de symmetrieas!

De symmetrieas 'vouwt' de afbeelding
in 2 gelijke delen

Slide 4 - Diapositive

Lijnsymmetrie
De stippellijn is de symmetrieas

Als een figuur een symmetrieas heeft, noemen we het figuur lijnsymmetrisch 

Slide 5 - Diapositive

Symmetrieassen
Je kunt lijnen tekenen waar je op kunt vouwen zodat de twee helften precies op elkaar liggen. Deze vouwlijnen zijn de symmetrieassen.


Slide 6 - Diapositive

Hoe noem je het als 2 helften elkaars tegengestelde zijn?

Slide 7 - Carte mentale

Hoeveel symmetrieassen heeft deze bloem totaal?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 8 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft een gelijkbenige driehoek?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 9 - Quiz


Hoe noem je de stippellijn?
A
symmetrieas
B
spiegellijn
C
vouwlijn
D
A, B en C zijn goed

Slide 10 - Quiz

Welke verkeersborden zijn niet lijn symmetrisch?


1
2
3
4
5
6

Slide 11 - Question de remorquage

Het aantal symmetrieassen

1
2
3
4
1
2
3
4
5
6

Slide 12 - Question de remorquage

Hoeveel symmetrieassen hebben deze borden?

bord 1
bord 2
bord 3

1 symmetrieas
3 symmetrieassen
2 symmetrieassen
4 symmetrieassen

Slide 13 - Question de remorquage

aantal: 4             2                3

Slide 14 - Diapositive

Hoeveel symmetrieassen heeft een gelijkzijdige driehoek?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft een driehoek?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 16 - Quiz

Hoeveel symmetrie assen heeft de figuur?

Slide 17 - Question ouverte

Welke figuren zijn lijnsymmetrisch? En geef aan hoeveel symmetrie assen het figuur heeft.

Slide 18 - Question ouverte

Hoeveel symmetrie-assen heeft dit bord?

Slide 19 - Question ouverte

Hoeveel
symmetrie-assen?

Slide 20 - Question ouverte

Hoeveel symmetrie assen heeft de figuur?

Slide 21 - Question ouverte

Hoeveel symmetrie assen heeft de figuur?

Slide 22 - Question ouverte

Hoeveel symmetrie assen? nr2

Slide 23 - Question ouverte

Hoeveel symmetrieassen heeft dit figuur (niet alle symmetrie assen zijn getekend)

Slide 24 - Question ouverte

Puntsymmetrie
Door een spiegeling om punt A
wordt de figuur op zichzelf afgebeeld.
Punt A is het symmetriemiddelpunt
van de figuur.

Slide 25 - Diapositive

Hoe vindt je het symmetriemiddelpunt?

Kijk na of de figuur bij 180° draaien op zichzelf wordt afgebeeld.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive


Welke figuren zijn puntsymmetrisch?            
(meerdere antwoorden mogelijk!)
A
vierkant en rechthoek
B
ruit en vlieger
C
gelijkzijdige driehoek en ruit
D
vierkant en parallellogram

Slide 28 - Quiz

Welke figuren hebben een symmetriemiddelpunt?

Slide 29 - Question de remorquage

Heeft de volgende figuur een symmetriemiddelpunt?
A
JA
B
NEE

Slide 30 - Quiz

Heeft de volgende figuur een symmetriemiddelpunt?
A
JA
B
NEE

Slide 31 - Quiz

Heeft de volgende figuur een symmetriemiddelpunt?
A
JA
B
NEE

Slide 32 - Quiz

Heeft de volgende figuur een symmetriemiddelpunt?
A
JA
B
NEE

Slide 33 - Quiz

Eigenschappen van transformaties
 pagina 246

Slide 34 - Diapositive

collineair?

Slide 35 - Diapositive

Collineair? Vervolledig
Drie punten zijn collineair als ze .......

Slide 36 - Question ouverte

Eigenschappen van de transformaties!
Een verschuiving,
een spiegeling, een draaiing en een puntspiegeling behouden:
  • de hoekgrootte
  • de afstand
  • de evenwijdigheid
  • de collineariteit

Slide 37 - Diapositive

Eigenschappen van de transformaties!
Een verschuiving 
Een  puntspiegeling:
  • beeldt een rechte af  op een evenwijdige rechte of op de rechte zelf.

Slide 38 - Diapositive

Een spiegeling behoudt de afstand
Een spiegeling behoudt de hoekgrootte
Een spiegeling behoudt de collineariteit
Een draaiing behoudt de afstand
Een draaiing behoudt de hoekgrootte
Een draaiing behoudt de collineariteit

Slide 39 - Question de remorquage

 gevolgen van de eigenschappen

Slide 40 - Diapositive

SPIEGELEN OM EEN RECHTE 
SPIEGELEN OM EEN PUNT

Slide 41 - Diapositive

Welke transformatie wordt hier uitgevoerd?
A
Een spiegeling
B
Een verschuiving
C
Een draaiing
D
Een puntspiegeling

Slide 42 - Quiz

Welke eigenschap wordt geïllustreerd?

Een spiegeling behoudt...
A
de lengte van een lijnstuk.
B
de hoekgrootte.
C
de evenwijdigheid van rechten.
D
de collineariteit.

Slide 43 - Quiz

Welke transformatie wordt hier uitgevoerd?
A
Een spiegeling
B
Een verschuiving
C
Een draaiing
D
Een puntspiegeling

Slide 44 - Quiz

Welke eigenschap wordt geïllustreerd?

Een draaiing behoudt...
A
de lengte van een lijnstuk.
B
de hoekgrootte.
C
de evenwijdigheid van rechten.
D
de collineariteit.

Slide 45 - Quiz

Welke transformatie wordt hier uitgevoerd?
A
Een spiegeling
B
Een verschuiving
C
Een draaiing
D
Een puntspiegeling

Slide 46 - Quiz

Welke eigenschap wordt geïllustreerd?

Een verschuiving behoudt...
A
de lengte van een lijnstuk.
B
de grootte van een hoek.
C
de evenwijdigheid van rechten.
D
de collineariteit.

Slide 47 - Quiz

Welke transformatie wordt hier uitgevoerd?
A
Een spiegeling
B
Een verschuiving
C
Een draaiing
D
Een puntspiegeling

Slide 48 - Quiz

Welke eigenschap wordt geïllustreerd?

Een verschuiving behoudt...
A
de lengte van een lijnstuk.
B
de grootte van een hoek.
C
de evenwijdigheid van rechten.
D
de collineariteit van punten.

Slide 49 - Quiz

Eigenschappen van transformaties kunnen tekenopdrachten makkelijker maken.
Zoek het draaibeeld van deze ruit door zo weinig mogelijk punten te draaien.



Op welke eigenschap(pen) steun je?
r(B,160°)(ABCD)

Slide 50 - Diapositive

Op welke eigenschap(pen)
steun je?
Antwoord in een zin!

Slide 51 - Question ouverte

congruente figuren p249

Slide 52 - Diapositive