BVVJ 2.6 Voedselbereiding

2.6 Voedselbereiding
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2.6 Voedselbereiding

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag:

  • Terugblik
  • Leerdoelen 2.6 Voedselbereiding
  • Theorie 2.6
  • Aan de slag
  • Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Schijf van 5
1. groente en fruit
2. olie en vet
3. vlees,ei, vis, zuivel,noten,peulvruchten
4. brood, graanproducten, aardappelen
5. dranken

Slide 3 - Diapositive

Wat is de schijf van 5?
A
Alles wat je iedere dag eet
B
De top 5 gezondste producten
C
Een schijf met gezonde voedingsmiddelen
D
Vijf producten met veel vitamines

Slide 4 - Quiz

Welk van de onderstaande vakken is het grootst in de schijf van vijf?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Groente/fruit
D
Vocht

Slide 5 - Quiz

Wat hoort waar in de schijf van vijf?

Slide 6 - Question de remorquage

2.6 Voedselbereiding

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelen 2.6
Aan het eind van de les:

  • Kun je enkele voordelen van voedselbereiding noemen.

  • Kun je uitleggen dat je door goede voedselhygiëne een voedselvergiftiging kunt voorkomen.

Slide 8 - Diapositive

bereidingswijzen

Slide 9 - Carte mentale

Waarom bereiden wij voeding?
1. Beter verteren ( groenten) De celwanden van planten worden stuk gemaakt.
2. Eiwitten moeten worden omgezet in een vorm die het lichaam kan gebruiken ( vlees).
3. Door voeding te verhitten gaan bacteriën en schimmels dood.
4. Voedsel smaakt lekkerder door het te bereiden.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Bereidingswijzen 
  • Bij koken gaan veel smaak- en voedingsstoffen (mineralen en vitaminen) verloren in het kokende water.

  • Bij stomen verlies je minder mineralen en vitaminen

  • Bij bakken ( open pan op hoog vuur met hete olie, boter of een ander bakproduct) krijgt het voedsel een bruin korstje en ook de smaak verandert. Als voedsel te hard gebakken wordt, ontstaat er een donkerbruin korstje dat ongezonde stoffen bevat.

  • Bij frituren verhit je bijv. stukjes aardappel in hete olie. Door de hoge temperatuur is het voedsel snel klaar.

Slide 12 - Diapositive

Verschillende manieren van bereiden
  • koken
  • bakken
  • frituren
  • blancheren ( filmpje)
  • stomen ( filmpje)
  • braden
  • smoren/stoven
  • roerbakken (wokken)

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

Slide 16 - Lien

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Vidéo

Voedselhygiëne 
Om een voedselvergiftiging te voorkomen, moet je hygiënisch omgaan met voedsel. 
  • Voedselhygiëne betekent dat je op een schone manier met voedsel en keukenmaterialen omgaat.
  • Kruisbesmetting = Bij het bereiden kunnen bacteriën worden overgebracht van het ene voedingsmiddel op het andere.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Houdbaarheidsdatum 
- De uiterste datum tot wanneer je een voedingsmiddel kunt gebruiken.

Slide 21 - Diapositive

Aan de slag

Maken en nakijken/ verbeteren 2.6 Voedselbereiding
1 vraag meenemen!

Volgende week diagnostische toets en herhalen
Toets week 23 op donderdag

Slide 22 - Diapositive

Wat zijn de voordelen van het bereiden van voedsel?
A
De celwanden van planten worden alvast een beetje stuk gemaakt
B
Eiwitten in vlees worden omgezet in eiwitten die het lichaam kan gebruiken
C
Door verhitting worden bacteriën en schimmels gedood
D
alle drie zijn goed

Slide 23 - Quiz

Wat is het verschil tussen koken en stomen?
A
Bij stomen blijven de smaak- en voedingsstoffen behouden.
B
Beide zijn hetzelfde
C
Bij koken blijven de smaak- en voedingsstoffen behouden.

Slide 24 - Quiz

Het verhitten van voedsel zorgt voor het .......... van bacteriën en schimmels op het voedsel.
A
Doden
B
Kweken
C
uitbreiden
D
lekkerder maken

Slide 25 - Quiz

Mensen kunnen zonder te koken celwanden van planten makkelijk verteren.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quiz

Asluiten
Hoe ging de les?

Vergeet je vraag niet!



Slide 27 - Diapositive