1C 16 juni 2025

Docent 
Digibord
Amy
Thaliya
X
Stanley
Jesse
Carsten
Seth
Maud
Elayne
X
Else
Floor
Jasmijn
Isa
Amjad 
Stijn
X
Tim
Arjan
Céline
Naära
Guusje
Kyra
X
Khrixhea
Saar
Julien
X
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Docent 
Digibord
Amy
Thaliya
X
Stanley
Jesse
Carsten
Seth
Maud
Elayne
X
Else
Floor
Jasmijn
Isa
Amjad 
Stijn
X
Tim
Arjan
Céline
Naära
Guusje
Kyra
X
Khrixhea
Saar
Julien
X

Slide 1 - Diapositive

Welkom bij Nederlands

Slide 2 - Diapositive

Planning tot de vakantie
Nog...
Maandag
Donderdag
5 weken (16 juni)
Spelling 8 en 9 
Spelling 10 en 11
4 weken (23 juni)
Oefenen voor de toets
Toets spelling
3 weken (30 juni)
Toets inhalen/bespreken
Les over fake news 
2 weken (7 juli) 
Leuke les (n.t.b.)
Pubquiz
1 week (14 juli)
Sportdag
Lesvrij
Vakantie!

Slide 3 - Diapositive

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
De persoonsvorm in de tegenwoordige tijd


Slide 4 - Diapositive

Lesdoel
Je kunt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd  goed spellen.

Slide 5 - Diapositive

Hoe kun je de persoonsvorm in een zin vinden?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Vidéo

persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 8 - Diapositive

Wat gaat hier mis?

Slide 9 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(onthouden) ... jij dat tot morgen?
A
onthoud
B
onthoudt
C
onthield
D
onthouden

Slide 10 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
Hij onthoud
B
Hij onthoudt

Slide 11 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De overvaller (beroven) het gezin.
A
berooft
B
beroofd

Slide 12 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Dat (gebeuren) beslist niet!
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 13 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Ik (worden) morgen 13 jaar.
A
wort
B
word
C
wordt

Slide 14 - Quiz

Wat klopt hier niet?

Slide 15 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
(draaien) Hij ... er altijd omheen.

Slide 16 - Question ouverte

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Achmed ........... (vertellen) aan zijn moeder dat hij nooit meer vuurwerk zal afsteken.

Slide 17 - Question ouverte

De ballon (belanden) in de boom.

Slide 18 - Question ouverte

Ik (vinden) er niets aan.

Slide 19 - Question ouverte

De kip (broeden) al 2 weken.

Slide 20 - Question ouverte

(Houden) jij ook van nasi?

Slide 21 - Question ouverte

Hij (schelden) iemand uit.

Slide 22 - Question ouverte

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
(bedoelen) Wat ... u daarmee?

Slide 23 - Question ouverte

Huiswerk
Werkboek:
Persoonsvorm tegenwoordige tijd = opdracht 1 t/m 6 (blz. 238) Sterke en zwakke werkwoorden =  opdracht 1 t/m 6 (blz. 240)

Online:
Paragraaf 8 en 9 maken

Slide 24 - Diapositive

Evaluatie
Kun jij de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen?


Slide 25 - Diapositive

Kun jij de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage