Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Beta
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woordenboekles 4G HOOM
Welcome back
1 / 39
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Cette leçon contient
39 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welcome back
Slide 1 - Diapositive
Today
We gaan kijken naar hoe je een woordenboek precies gebruikt, en wat je het beste kunt doen als je een onbekend woord in de tekst tegenkomt.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
a) troebel
b) bodemloos
c) helder
Slide 4 - Diapositive
welke is juist?
A
troebel
B
bodemloos
C
helder
Slide 5 - Quiz
a) producten
b) papier
c) afval
Slide 6 - Diapositive
welke is juist?
A
producten
B
papier
C
afval
Slide 7 - Quiz
a) zuinig
b) geinteresseerd
a) zuinig
b) verspillend
c) geinteresseerd
Slide 8 - Diapositive
welk antwoord is goed?
A
zuinig
B
verspillend
C
geinteresseerd
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Hoe 'lees' je een woordenboek?
Het woord dat je moet opzoeken.
De uitspraak van het woord.
Het aantal woordsoorten wordt aangeven, in dit geval 2, zowel een zelfstandig naamwoord als een werkwoord.
Woordsoort zoals bijvoorbeeld zelfstandig nw, werkwoord, bijvoeglijk naamwoord
Hier vul je het woord in dat je hebt opgezocht.
Voorbeelden in het Engels worden schuingedrukt.
Slide 13 - Diapositive
Abbreviations/ afkortingen
Abbreviations = afkortingen.
Geven o.a. woordsoorten aan
Voor in je woordenboek vind je een lijst met de afkortingen die in het woordenboek gebruikt worden
op welke bladzijde staat deze in jouw woordenboek?
Slide 14 - Diapositive
Why abbreviations matter
Paint
paint (noun/zn, betekent verf) to paint (verb/ww, betekent verven)
Slide 15 - Diapositive
Pronunciation
Pronunciation = uitspraak.
Dit staat vaak tussen / / of [ ]
de uitspraak staat geschreven in het fonetisch alfabet
Slide 16 - Diapositive
Problems
Very often a word has more than one meaning.
If you are not sure which one is correct, here’s what you can do:
Check
through
all the meanings
and find the one that makes most sense in the context where you found the word.
Slide 17 - Diapositive
What if you can't find a word?
Woord in meervoud
? Staat bij enkelvoud.
Children
staat bij
child.
Vervoegd werkwoord?
Staat bij de originele vorm van het werkwoord.
Thought
staat bij
to think
Slide 18 - Diapositive
Tekens
~
Dit teken staat meestal in de plaats van het gezochte woord;
je zoekt bijvoorbeeld de vertaling van ‘ter plaatse’. Dat zoek je niet bij ‘ter’, maar bij ‘plaats’. Daar vind je: ter ~e
Slide 19 - Diapositive
Hoe gebruik je een woordenboek?
Tips:
De woorden staan op alfabetische volgorde.
Gebruik de gidswoorden boven aan. Deze geven het 1e woord en het laatste woord van die pagina aan en helpen je beter zoeken naar het woord.
Bedenk welke vertaling het meest logisch in de zin is.
Zoek naar de stam van het woord: zie volgende pagina.
Slide 20 - Diapositive
Stam van het woord
It was
extremely
cold outside. > stam = extreme
She
loved
her new phone. > stam = love
That is
unfair
. > stam = fair
They are
talking
too much. > stam = talk
We
went
home after class > stam = go
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Zoek de betekenis op van het woord
"ludicrously"
timer
1:00
Slide 23 - Question ouverte
Zoek de betekenis op van het woord
"massively"
timer
1:00
Slide 24 - Question ouverte
Zoek de betekenis op van de uitdrukking "clamp down"
timer
1:00
Slide 25 - Question ouverte
Slide 26 - Diapositive
Zoek de betekenis op van het woord
"to provide".
timer
1:00
Slide 27 - Question ouverte
Zoek de betekenis op van het woord
"punished".
timer
1:00
Slide 28 - Question ouverte
Zoek de betekenis op van het woord
"pavement".
timer
1:00
Slide 29 - Question ouverte
Welk woord komt als laatste in alfabetische volgorde?
why, paper, apple, tight, sleep
Slide 30 - Question ouverte
Welk woord komt als laatste in alfabetishe volgorde?
consult, construct, consider
Slide 31 - Question ouverte
Welk woord komt als eerste in alfabetische volgorde?
lamp, snake, under, high, table
Slide 32 - Question ouverte
Welk woord komt als eerste in alfabetische volgorde?
threat, thong ,throat, tight
Slide 33 - Question ouverte
Zet de volgende woorden in alfabetische volgorde.
Slide 34 - Diapositive
1
2
3
4
5
6
7
8
9
abandon
abominable
afternoon
agency
airport
airship
ahead
astonishing
astronomy
Slide 35 - Question de remorquage
'Hold your horses!'
Wat betekent dit en op welk woord heb je gezocht?
Slide 36 - Question ouverte
Gebruik alleen je woordenboek.
Schrijf de definitie van "disingenuous" op.
timer
1:00
Slide 37 - Question ouverte
Gebruik alleen je woordenboek.
Schrijf de definitie van "unequivocal" op.
timer
1:00
Slide 38 - Question ouverte
Gebruik alleen je woordenboek.
Schrijf de definitie van "inconspicuous" op.
timer
1:00
Slide 39 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
How to use a dictionary
January 2024
- Leçon avec
44 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary
February 2023
- Leçon avec
40 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary
January 2025
- Leçon avec
26 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary in progress
February 2023
- Leçon avec
40 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary in progress
April 2024
- Leçon avec
40 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
1E How to use a dictionary
December 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary
April 2023
- Leçon avec
36 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
How to use a dictionary
September 2022
- Leçon avec
36 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4