Havo 2 - Grammatica H4.4

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

Grammatica H4.4

Havo 2
Les 2

Lesprogramma

- Herhalen bijwoord

- Theorie vragend voornaamwoord

- Aan de slag met opdrachten

- Afsluiting les

Lesdoel

Aan het einde van de les weet je wat vragende voornaamwoorden zijn.

Wat is het bijwoord/zijn de bijwoorden in de zin: "Hij heeft zijn toets bijzonder slecht gemaakt"

Benoem het bijwoord/bijwoorden: "Plotseling vroeg de super knappe jongen haar telefoonnummer."

Benoem het bijwoord/bijwoorden: "Ik loop ontzettend snel."

Benoem het bijwoord/bijwoorden: "Mijn auto staat verderop in de straat geparkeerd."

Wat is een vragend voornaamwoord?

Hoe weet je of je te maken hebt met een vragend voornaamwoord?

Wat is het vragend voornaamwoord in de zin: "Weet jij wie die bal heeft gegooid?"

1. Weet
2. wie
3. heeft
4. gegooid

Wat is het vragend voornaamwoord in de zin: "Welke dag is het vandaag?"

1. Welke
2. dag
3. is
4. vandaag

Wat is het woord 'wanneer' in de zin: "Wanneer zullen we afspreken?"

1. bijwoord
2. bijvoeglijk naamwoord
3. vragend voornaamwoord

Aan de slag

Maak op je Chromebook opdracht 9 t/m 12 + 14 van H4.4 Grammatica.

Klaar? Maak dan de Test Jezelf van H4.4 Grammatica.