STRAATTAAL EN DIALECT

STRAATTAAL & DIALECT
Welkom DHV2S! 

Deze les gaan we bezig met het onderwerp straattaal.
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

STRAATTAAL & DIALECT
Welkom DHV2S! 

Deze les gaan we bezig met het onderwerp straattaal.

Slide 1 - Diapositive

Programma voor deze les
  • Leerdoelen
  • Achtergrond en het ontstaan van straattaal
  • Kennis testen...
  • Opdracht 
  • Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
  • Aan het einde van de les ken je passende gesprekssituaties voor formele en informele taal.
  • Aan het einde van de les weet je dat het Standaard Nederlands zich voortdurend ontwikkeld.
  • Aan het einde van de les ken je de invloeden van taalvarianten, zoals straattaal en buitenlandse talen, op het Standaard Nederlands
  • Aan het einde van de les ken je de mogelijkheden van taalspel in een zelfgeschreven rap.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Zojuist zag je een fragment van Loretta Schrijver. Zij was jarenlang een goede nieuwslezeres bij RTL Nieuws.

Kan jij in je eigen woorden navertellen waar zij in het fragment over bericht? Hoe komt het dat er iets raars is aan het fragment. Wat klopt er niet?

Slide 5 - Question ouverte

Formeel
Informeel

Slide 6 - Question de remorquage

De Nederlandse taal(vormen)

De Nederlandse taal is ook wel  de Standaardtaal of algemene omgangstaal.

Er is niet één soort Nederlands dat door iedereen gesproken wordt.  
Daarnaast zijn er allerlei dialectvormen en jongerentaal -> straattaal.
Talen veranderen continu door de creativiteit van mensen.

Slide 7 - Diapositive

Wat is belangrijk bij een taalvorm?
  • Het bepalen van de betekenis.
  • Wat is de bedoeling van de spreker?
  • Kennis van de wereld.
  • De inhoud.
  • De sociale relaties tussen taalgebruikers.
  • Passend bij sociale omstandigheden. 

Slide 8 - Diapositive

Achtergrond
Straattaal, een vorm van jongerentaal, is de mengtaal die jongeren van verschillende culturele en sociale achtergronden in het dagelijks leven spreken op school en op straat, naast de standaardtaal van het land waar ze wonen. Straattaal is aan het eind van de 20e eeuw ontstaan .

Eenvoudig uitgelegd:
Straattaal is een zelfgemaakte taal vol afkortingen in sms- en apptaal, schunnige woorden uit de hiphop en leentermen uit het Marokkaans, Turks, Engels en Surinaams. In Nederland is de basistaal Nederlands. Er wordt gespeeld met lidwoorden, toon, tempo en volume. 


Slide 9 - Diapositive

Waarom spreken jongeren straattaal?
  • Het is een codetaal.     
  • Het zorgt voor verbondenheid, maar kan ook mensen uitsluiten.
  • Je toont bij welke groep je sociaal en geografisch hoort.
  • Leuke manier om met taal te spelen-> straattaal kent geen regels ->       heeft een hoog 'do it yourself' gehalte.
  • Boodschap hoeft niet letterlijk onder woorden                                                 gebracht te worden -> én toch is het verband/                                                       de relatie helder.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Hoe komt het dat veel jongeren naast de Nederlandse taal ook straattaal spreken?
A
Het wordt gebruikt in songteksten.
B
Jongeren willen graag bij een bepaalde groep horen.
C
Jongeren die straattaal spreken zijn vaak tweetalig opgevoed en leren dit thuis.

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Vidéo