Frequentietabel

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Frequentietabel

In deze LessonUp zitten de opgaven: 40, 42 en 44.

Maak straks zelf nog: 41 en 43.

a.

1. 0 speelsters
2. 1 speelster
3. 2 speelsters
4. 3 speelsters

b.

1. 10
2. 12
3. 59
4. 120

 c.

1. ​12​​10​​⋅100=83
2. ​10​​5​​⋅100=50
3. ​12​​5​​⋅100=41,7
4. ​12​​6​​⋅100=50

Frequentietabel

a. In de bovenste rij komen geen getallen boven 5 voor. Wat betekent dat?

1. Het oudste kind is 5 jaar oud.
2. Geen gezinnen met meer dan 5 kinderen.
3. Het jongste kind is 5 jaar oud.
4. Er wonen 5 gezinnen in deze straat.

b. Hoeveel gezinnen wonen er in de Margrietlaan?

1. 6
2. 15
3. 42
4. 84

c. Hoeveel procent van de gezinnen heeft geen kinderen jonger dan 12 jaar?

1. 0
2. ​42​​1​​⋅100=2,4
3. ​42​​5​​⋅100=11,9
4. ​42​​7​​⋅100=16,7

d. Hoeveel kinderen zijn jonger dan 12 jaar?

1. 6
2. 15
3. 42
4. 84

Berekening

d. Hoeveel kinderen zijn jonger dan 12 jaar?

7 x 0 + 10 x 1 + 12 x 2 + 6 x 3 + 3 x 4 + 4 x 5 = 84

Opgave 44

a. Hoeveel keer meer dan 8 auto's per minuut?

1. 4
2. 7
3. 8
4. 10

b. Hoe lang duurde het onderzoek?

1. 9 minuten
2. 11 minuten
3. 12 minuten
4. 61 minuten

c. Hoeveel auto's zijn er in totaal geteld?

1. 9
2. 12
3. 245
4. 1068

Berekening

c. Hoeveel auto's zijn er in totaal geteld?

9x0 + 5x1 + 7x2 + ... + 2x10 + 1x12 = 245

d. In hoeveel procent van de tijd kwamen er minder dan 5 auto's per minuut binnen?

(totaal was 61 minuten)

1. 34 minuten, dus 55,7%
2. 26 minuten, dus 42,6%
3. 20 minuten, dus 32,8%
4. 15 minuten, dus 24,6%

Berekening

d. In hoeveel procent van de tijd kwamen er minder dan 5 auto's per minuut binnen?

 (totaal was 61 minuten)

9 + 5 + 7 + 5 + 8 = 34 minuten 

​61​​34​​⋅100=55,7

Maak nu zelf nog:

41 en 43