Week 31 - Les 1 | tips leesvaardigheid Frans

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Leesvaardigheid

Tips & tricks

Wat gaan we bespreken?

1. vraagwoorden

2. vraagzinnen (begrijpen)

3. signaalwoorden

4. woorden raden

Welke Franse vraagwoorden ken je al?

Est-ce que

Qu'est-ce que

Qu'est-ce qui
Qui

Comment

Pourquoi

Combien de

Quand

Quel(les)

Où

... (is het zo dat)

Wat

Wat 

Wie

Hoe

Waarom

Hoeveel

Wanneer

Welke/wat

Waar

Vraagzinnen (FA) begrijpen

Wat betekenen de volgende (mogelijke) toetsvragen?

1. Qu'est-ce qu'on peut lire au premier alinéa?
2. Que peut-on lire dans ces lignes?
3. Qu'est-ce qu'on peut lire sur le chanteur Stromae au deuxième alinéa?
4. Qu'est-ce qui est vrai selon/d'après le premier alinéa
5. Qu’est-ce que l'auteur explique dans le dernier alinéa?
6. Qu’est-ce que l'auteur veut montrer au dernier alinéa?

Welke Franse signaalwoorden ken je al?

Signaalwoorden - zoek de vertalingen!

1. donc 
   
2. car
   
3. ensuite
   
4. parce que
   
5. mais
   
6. bref
   
7. d'abord
   
8. par exemple
   

Signaalwoorden - vertalingen

1. donc = dus
   
2. car = want
   
3. ensuite = vervolgens, daarna
   
4. parce que = omdat, want
   
5. mais = maar
   
6. bref = kortom
7. d'abord = ten eerste
   
8. par exemple = bijvoorbeeld
   

Signaalwoorden - link ze aan de juiste categorie

1. donc = dus
   
2. car = want
   
3. ensuite = vervolgens, daarna
   
4. parce que = omdat, want
   
5. mais = maar
   
6. bref = kortom
   
7. d'abord = ten eerste
   
8. par exemple = bijvoorbeeld
   

Opsomming

Reden

Tegenstelling

Conclusie

Toelichting

Signaalwoorden - link ze aan de juiste categorie

1. donc 
   
2. car
   
3. ensuite
   
4. parce que
   
5. mais
   
6. bref
   
7. d'abord
   
8. par exemple
   

Opsomming

Reden

Tegenstelling

Conclusie

Toelichting

3. Woorden raden

• Ken je een gedeelte van het woord?
  vb. souligné = sous + ligne
  onder + lijn --> onderstreept
• Lijkt het woord op een infinitief (hele werkwoord) dat je kent?
  vb. en marchant = marcher
  lopend --> lopen
  
  

Woorden raden

• Ken je het woord als een andere woordsoort?
  vb. le soleil brillant = le soleil brille
  brille = schijnt --> de stralende zon
• Lijkt het woord op een andere taal?
  vb. une solution = lijkt op Engels
  solution --> oplossing
  

trentaine

1. training
2. dertigtal
3. trend
4. transpiratie

bon marché

1. fijne middag
2. goede markt
3. goedkoop
4. uitverkoop

copropriétaire

1. koper
2. mede-eigenaar
3. schoonmaakmiddel
4. bedrijf

changement

1. veranderen
2. zangstuk
3. verandering
4. zingend