Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Je weet wat een titel is.
Je weet wat een tussenkopje is.
Je weet wat een onderwerp is.
Je weet wat een deelonderwerp is.
Je weet wat een alinea is.
Bijna elke tekst heeft een titel. Soms noemt de titel het onderwerp van de tekst. Staat het onderwerp er niet letterlijk in, dan geeft de titel bijna altijd wel een aanwijzing.
Bij krantenberichten spreek je niet van titel, maar van kop of kopje.
Een tussenkopje is een titel i een tekst die aangeeft waarover een tekstgedeelte gaat.
Het onderwerp van een tekst geeft aan waar de tekst over gaat. Je kunt het in een paar woorden formuleren. Bijvoorbeeld: De eerste schooldag.
Als je snel wilt weten wat een onderwerp is, kijk dan naar de titel en lees de eerste alinea.
Een deelonderwerp is het onderwerp van een tekstgedeelte. Bijvoorbeeld: De nieuwe klas. De mentor. De eerste lessen.
Elke wat langere tekst is opgedeeld in alinea's. In een alinea wordt een stukje van het onderwerp behandeld.
Een alinea is meestal duidelijk te herkennen.
De laatste regel is vaak niet helemaal vol.
De eerste regel sprint in
Er staat een witregel tussen twee alinea's
cookieTextcookieStatement