Nederlands trede 3: kijken en luisteren, wit

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Trede 3: kijken en luisteren

Welkom!

Planning

Trede 3: kijken en luisteren. Maak deze drie werkdoelen:

Hoe en waar kijk je naar?

Waar gaat het over?

Begrijp je het?

Minimaal 2 opdrachten per werkdoel.

2. Lezen in je leesboek of werken aan boekenmissie

Welke informatiebronnen ken je?

Welk doel kan een programmamaker hebben?

Sprekersdoel

Informeren

Overtuigen

Activeren

Instrueren

Amuseren

DOEL = WOORD

Informeren

Welk doel hebben de makers van het journaal?

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

Welk doel hebben de makers van een reclame voor Coca Cola?

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

Bedoeling

Programmamakers hebben altijd een spreekdoel.

Dit spreekdoel hangt samen met de 

bedoeling van de makers.

BEDOELING = ZIN

De maker wil jou informeren over mode.

Bij het journaal ziet het er dan als volgt uit:

Doel: informeren
Bedoeling: De maker wil informeren over wat er vandaag in de wereld is gebeurd.

1. waar
2. niet waar

Op YouTube zie je een vlog waarin iemand vertelt over de nieuwste games. Wat zou zijn bedoeling kunnen zijn?

Hoe zit het ook alweer:
wat is het verschil tussen een onderwerp en deelonderwerpen?

Onderwerp en deelonderwerpen

Elke tekst gaat ergens over. Het heeft een bepaald onderwerp.

Als er veel over een onderwerp te vertellen is, kan het onderverdeeld zijn in deelonderwerpen.

Samenvatting

1. Een maker heeft altijd een doel. Dat doel omschrijf je in 1 woord

2. Een maker bedoelt altijd iets. Die bedoeling omschrijf je in een hele zin.

3. Je kunt een onderscheid maken tussen een onderwerp en deelonderwerpen.

Aan de slag!

Trede 3: kijken en luisteren. Maak deze drie werkdoelen:

1. Hoe en waar kijk je naar?
2. Waar gaat het over?
3. Begrijp je het?

Lees de uitleg en maak minimal 2 opdrachten.

2. Lezen in je leesboek of werken aan boekenmissie

Succes :)