Groep 4 - taal in beeld - blok 6 herhaling

• Taal
• Basisschool
• Groep 4

Blok 6 herhaling

- Soorten zinnen.

- Hoofdletters en punten.

- Korte en lange zinnen.

- Gesprek voeren en mening

Wat voor soort zin is dit?

Ik eet een lekkere boterham.

1. vertelzin
2. vraagzin
3. zin met een gebod

Wat voor soort zin is dit?

Eet je boterham op!

1. vertelzin
2. vraagzin
3. zin met een gebod

Wat voor soort zin is dit?

Wat eet jij het liefst op de boterham?

1. vertelzin
2. vraagzin
3. zin met een gebod

Welke zin is goed geschreven?

1. Jan en joep tekenen een mooi dier.
2. Jan en Joep tekenen een mooi dier
3. Jan en Joep tekenen een mooi dier.

Welke zin is goed geschreven?

1. Wat gaan we straks doen?
2. We gaan nu buitenspelen?
3. we spelen tikkertje?

Hoe kun je deze zin korter maken?
De brandweerman blust de brand in het huis.

1. De brand in het huis.
2. De brandweerman in het huis.
3. De brandweerman blust.

Hoe kun je deze zin korter maken?
De kapper knipt de haren van de vrouw met rode haren.

1. De kapper knipt de haren van de vrouw.
2. De kapper knipt.
3. De vrouw met rode haren.

Vraagwoorden

Wanneer, waarom, waar, welke, wat, wie, waardoor, hoe, hoeveel

In welke zin staat een vraagwoord?

1. Weet jij waar de kapper is?
2. Hoe kom ik van hier naar de gymzaal?

In welke zin staat een vraagwoord?

1. Wat ben je aan het doen?
2. Wijs jij die meneer de weg?

Maak de zin af:
Ik voetbal graag met Timo, want

1. hij kijkt graag televisie.
2. we kunnen goed samenspelen.

Maak de zin af:
Ik vind rekenen leuk, omdat

1. ik graag naar buiten wil.
2. ik graag sommen maak.
3. ik graag wil spelen.