3.3 ovulatie en menstruatie

3.3 ovulatie en menstruatie
Leerstof 1: Hormonen en vruchtbaarheid
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

3.3 ovulatie en menstruatie
Leerstof 1: Hormonen en vruchtbaarheid

Slide 1 - Diapositive

Welke secundaire geslachtskenmerken ontwikkelen bij zowel de man als de vrouw?

Slide 2 - Question ouverte

De bijbal maakt zaadcellen aan
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quiz

De urinebuis lijdt de urine en sperma naar buiten
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

Wat is de functie van de clitoris?

Slide 5 - Question ouverte

Wat gebeurd er met de schaamlippen als een vrouw opgewonden raakt?

Slide 6 - Question ouverte

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf kan/weet jij:
 Je kunt uitleggen wat de functie en werking van de geslachtshormonen is
 Je kan benoemen vanaf welk punt een man en vrouw vruchtbaar zijn
 Je kunt de geslachtshormonen van de man en vrouw benoemen
 Je weet de functie en werking van de geslachtshormonen
 Je kunt omschrijven hoe de menstruatiecyclus verloopt
 Je weet wat de ovulatie is

Slide 7 - Diapositive

Hormonen
Regelstofjes in het lichaam

Gemaakt in hormoonklieren

Zorgen voor bijvoorbeeld:
- groei
-bloedsuikerregulatie 
- puberteit/ vruchtbaarheid 
-Hongergevoel 

Slide 8 - Diapositive

Geslachtshormonen
Zorgen voor de puberteit en vruchtbaarheid 

Bij de vrouw aangemaakt in de eierstokken: Oestrogeen

Bij de man aangemaakt in de Teelballen: Testosteron 

Slide 9 - Diapositive

Vruchtbaarheid 
Vanaf de puberteit zijn mensen vruchtbaar

Vruchtbare mensen kunnen zich voortplanten 

Mannen de rest van hun leven

Vrouwen tot de overgang

Slide 10 - Diapositive

Overgang 
Alleen bij vrouwen 

Rond 50-jarige leeftijd 

In de eierstok zitten geen vruchtbare eicellen meer 

Aanmaak geslachtshormonen stopt

Slide 11 - Diapositive

Menstruatiemiddelen
- Maandverband 
- Tampons
- Menstruatiecup 
- Uitwasbaar maandverband 
- Onderbroek met maandverband erin 
- tampons of maandverband van biologisch katoen

Slide 12 - Diapositive

Hoe heet het vrouwelijk geslachtshormoon?
A
Testosteron
B
Progesteron
C
LH
D
Oestrogeen

Slide 13 - Quiz

Wat zijn hormonen?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe noemen we de organen die hormonen aanmaken?

Slide 15 - Question ouverte

Wat is het mannelijk geslachtshormoon?
A
FSH
B
Progesteron
C
Testosteron
D
Oestrogeen

Slide 16 - Quiz

Wat kan een vrouw gebruiken om te voorkomen dat zij doorlekt?

Slide 17 - Question ouverte

Welke menstruatiemiddelen zijn er?

Slide 18 - Question ouverte

Waar wordt het hormoon oestrogeen aangemaakt?

Slide 19 - Question ouverte

Waar wordt het hormoon testosteron aangemaakt?

Slide 20 - Question ouverte

Leerstof 2: Ovulatie en menstruatie 

Slide 21 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf kan/weet jij:
 Je kunt uitleggen wat de functie en werking van de geslachtshormonen is
 Je kan benoemen vanaf welk punt een man en vrouw vruchtbaar zijn
 Je kunt de geslachtshormonen van de man en vrouw benoemen
 Je weet de functie en werking van de geslachtshormonen
 Je kunt omschrijven hoe de menstruatiecyclus verloopt
 Je weet wat de ovulatie is

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

De rijping van een eicel

Slide 24 - Diapositive

Rijping van de eicel
In de eierstokken liggen follikels, dit zijn blaasjes maar daarin een eicel.

Aan het begin van de maand gaat zo'n follikel zich vullen met voedingsstoffen.

Dit doet hij ongeveer 14 dagen, na de 14 dagen is de follikel zo groot dat hij openbarst (onder invloed van hormonen).

Dit noemen we de ovulatie/eisprong De eicel gaat van de follikel naar de eierstok

Slide 25 - Diapositive

de menstruatiecyclus 

Slide 26 - Diapositive

De menstruatiecyclus
Dag 1 t/m 5
De menstruatie, het baarmoederslijmvlies wordt afgestoten. Er begin een follikel met rijpen

Dag 6 t/m 13
Het baarmoederslijmvlies wordt steeds dikker. Het follikel wordt steeds groter 

Dag 14 
Het follikel barst open en de eicel komt vrij. Dit noemen we de eisprong of de ovulatie 

Dag 15 t/m 22 
het baarmoederslijmvlies groeit nog even door 

Slide 27 - Diapositive

De menstruatiecyclus 
Dag 23 t/m 28 
Het lichaam merkt dat het niet zwanger is en het baarmoederslijmvlies wordt al wat dunner 

Dag 29
De menstruatie. Het baarmoederslijmvlies wordt afgestoten en alles begint weer van voor af aan. 
Als een vrouw wel zwanger is, dan blijft het baarmoederslijmvlies dik wordt ze niet ongesteld

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf kan/weet jij:
 Je kunt uitleggen wat de functie en werking van de geslachtshormonen is
 Je kan benoemen vanaf welk punt een man en vrouw vruchtbaar zijn
 Je kunt de geslachtshormonen van de man en vrouw benoemen
 Je weet de functie en werking van de geslachtshormonen
 Je kunt omschrijven hoe de menstruatiecyclus verloopt
 Je weet wat de ovulatie is

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Lien

Hoe noemen we de blaasjes waar de onrijpe eicellen inliggen?
A
Follikels
B
Zaadblaasjes
C
Eicellen
D
Zaadcellen

Slide 32 - Quiz

Op welke dag vindt de eisprong plaats?

Slide 33 - Question ouverte

Leg uit hoe het kan dat een vrouw zwanger raakt als een man op dag 13 klaarkomt in de vagina van de rouw, en de eisprong op dag 14 plaatsvindt

Slide 34 - Question ouverte

Op welke dag begint de menstruatie, en op welke dag eindigt deze?

Slide 35 - Question ouverte

Hoelang is een vrouw vruchtbaar in de maand?
A
1 dag
B
2 dagen
C
3 dagen

Slide 36 - Quiz

Wat gebeurt er met het baarmoederslijmvlies als een vrouw niet zwanger raakt?

Slide 37 - Question ouverte