Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Thema 5 groep 6
taallessen
thema 5
1 / 33
suivant
Slide 1:
Carte mentale
Taal
Basisschool
Groep 6
Cette leçon contient
33 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
taallessen
thema 5
Slide 1 - Carte mentale
Hoe noem je deze woorden:
nadat, terwijl, totdat, voordat, zolang
A
zelfstandige naamwoorden
B
werkwoorden
C
gezegden
D
voegwoorden
Slide 2 - Quiz
Welk voegwoord past hier?
....... ik de kamer had opgeruimd mocht ik tv kijken.
Slide 3 - Question ouverte
Wij sliepen gewoon door......... het buiten flink onweerde.
Slide 4 - Question ouverte
Ik wacht....... mijn moeder klaar is met haar werk.
Slide 5 - Question ouverte
....... ik de toets maak oefen ik de les goed.
Slide 6 - Question ouverte
Vul van elke volgende zin het gezegde in en daarna het hele werkwoord.
Slide 7 - Question ouverte
Trem morgen een lekkere warme trui aan.
Slide 8 - Question ouverte
Zet de verwarming een dagje uit.
Slide 9 - Question ouverte
Span je flink in, dan warm je vanzelf op.
Slide 10 - Question ouverte
Zo help je mee voor het klimaat.
Slide 11 - Question ouverte
Meld jezelf aan voor de actie.
Slide 12 - Question ouverte
Persoonsvorm als jij of je erachter staat.
Als jij of je het onderwerp is komt er geen -t achter de PV.
Slide 13 - Question ouverte
ja: je onderwerp, regel: stam
nee: je is geen onderwerp
Slide 14 - Question ouverte
Gisteren heb je goed gewerkt.
Slide 15 - Question ouverte
Vandaag ..............je zus naar huis (lopen)
Slide 16 - Question ouverte
......... je dit stukje even af (verven)
Slide 17 - Question ouverte
....... je vriendin ook zo graag (verven)
Slide 18 - Question ouverte
Deze bloem ......... je goed verzorgt. (hebben)
Slide 19 - Question ouverte
........ je hond het eten op? (hebben)
Slide 20 - Question ouverte
tegenwoordige tijd - persoonsvorm
Je leert waarom een persoonsvorm die eindigt met een t-klank soms schrijft met een -t of een -d of een -dt.
Slide 21 - Diapositive
onderwerp/ tegenwoordige tijd
Ik vind fluit
jij hij u zij het vind + t fluit
De persoonsvorm tt is de stam+t
Eindigt de pv al op een t dan komt er geen t bij.
Slide 22 - Diapositive
Mama plaatst haar bagage achterin de auto.
1. PV? = plaatst
2. stam = hele werkwoord min en! plaatsen --> plaats
3. Mama = geen ik-vorm maar een zij stam + t --> plaats+t
Slide 23 - Diapositive
Mama vindt haar portemonnee op het dak.
PV? stam of stam+t
Slide 24 - Question ouverte
Zij vergeet wat.
PV? stam of stam+t
Slide 25 - Question ouverte
Ze woont helemaal alleen.
Slide 26 - Question ouverte
Ze zit uren in haar stoel.
Slide 27 - Question ouverte
Haar hond Fik ligt te slapen.
Slide 28 - Question ouverte
Ze tikt tegen het raam.
Slide 29 - Question ouverte
Ze zwaait naar Hans.
Slide 30 - Question ouverte
Oma houdt van de stilte.
Slide 31 - Question ouverte
Daarom zwijgt ze liever dan dat ze praat.
Slide 32 - Question ouverte
Bedenk een zin waar de pv stam+t heeft!
Slide 33 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Werkwoorden vervoegen
March 2024
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
herhaling stam, infinitief, onderwerp en persoonsvorm
January 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Lager onderwijs
T2L9: Supertalenten
February 2023
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Lager onderwijs
2OK Zelftoets T5T6
February 2023
- Leçon avec
40 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Herhaling persoonsvorm en onderwerp
February 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Lager onderwijs
Werkwoordspelling
November 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
4 Taal deel 1
March 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Lager onderwijs
Zaterdag 18 mei 2024 Herhaling werkwoordspelling
May 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Secondary Education
Age 12,13