Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Personalpronomen
Personalpronomen
Hilfsverben
1 / 28
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Secondary Education
Cette leçon contient
28 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Personalpronomen
Hilfsverben
Slide 1 - Diapositive
Planning
Herhaling Verneinung
Personalpronomen im Objekt
Hilfsverben hebben, mogen, moeten
Slide 2 - Diapositive
2 woordjes voor Verneinung
A
geen
B
een
C
veel
D
niet
Slide 3 - Quiz
Ik werk _____ (nicht) bij de IKEA.
Slide 4 - Question ouverte
Hij is _____ (kein) leerling.
Slide 5 - Question ouverte
Personalpronomen als Objekt
Er
ist ein neuer Kollege. Kennst du
ihn
noch nicht?
Hij
is een nieuwe collega. Ken je
hem
nog niet.
Slide 6 - Diapositive
Mag ik ... voorstellen? (u)
Hij is met ... op vakantie. (wij)
Dat is haar dochter. Ken je ...? (zij)
Hoe is het met ...? (hij)
Kan ik ... opbellen? (jij)
Vraag het a.u.b. aan ... (zij pl.)
u
ons
hem
jou
hen
haar
u
Slide 7 - Question de remorquage
Quiz
Personalpronomen im Objekt
Slide 8 - Diapositive
Het huis is van ____.
A
ik
B
mij
Slide 9 - Quiz
Wanner zie ik ___________?
A
jij
B
je
C
jouw
D
jou
Slide 10 - Quiz
Ken je ____ nog niet?
A
haar
B
zij
Slide 11 - Quiz
Possessivpronomen
Was geben sie an?
Besprechung der Aufgaben
Slide 12 - Diapositive
Possessivpronomen
in het Nederlands
Slide 13 - Carte mentale
Dat is _________ (mein) boek.
Slide 14 - Question ouverte
Mag ik ____ (deinen) pen hebben?
Slide 15 - Question ouverte
Is dat _____ (euer) hond?
Slide 16 - Question ouverte
Wat is GEEN bezittelijk voornaamwoord?
A
me
B
mijn
C
je
D
jouw
Slide 17 - Quiz
Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Je hebt
ons
niets verteld.
A
persoonlijk
B
bezittelijk
Slide 18 - Quiz
Wat is het bezittelijk voornaamwoord?
Dat is onze dierenarts.
A
Dat
B
is
C
onze
D
dierenarts
Slide 19 - Quiz
Die Hilfsverben
hebben (haben)
mogen (dürfen)
moeten (müssen)
ik
heb
mag
moet
jij/je/u
hebt
mag
moet
hij/zij/het
heeft
mag
moet
wij
hebben
mogen
moeten
jullie
hebben
mogen
moeten
zij
hebben
mogen
moeten
Slide 20 - Diapositive
... ik me even voorstellen - mogen
Slide 21 - Question ouverte
Je ... het proberen.
Slide 22 - Question ouverte
... ik met haar meegaan? - moeten
Slide 23 - Question ouverte
... u dat horen? - kunnen
Slide 24 - Question ouverte
... we morgen opbellen? - mogen
Slide 25 - Question ouverte
Ik ... dat even voor u spellen. - kunnen
Slide 26 - Question ouverte
Ze ... Nederlands leren. - moeten
Slide 27 - Question ouverte
Oefening
Werk samen met een partner!
Plan een uitstapje naar het strand of naar een stad. Gebruik daarbij de hulpwerkwoorden zullen, mogen, moeten, kunnen.
Slide 28 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Possessivpronomen
November 2024
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Secondary Education
Campus 2 - Les 32: Voornaamwoorden Inge
April 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Voornaamwoorden - leerpad als intro van de les
April 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
groep 7 3.3 themawoorden, leenwoorden, verkleinwoorden bezittelijk vnw hoofdzinnen
November 2022
- Leçon avec
33 diapositives
Alles over Voornaamwoorden
April 2023
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Nederlands D2V18
January 2021
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
16-11-2022
November 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Vocational Education
S35 - Het vragend en betrekkelijk voornaamwoord
May 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs