Herhaling avoir, être en werkwoorden op -er

Aujourd'hui

Herhaling van de basiswerkwoorden

Jeudi 14 septembre

1 / 30

Slide 1: Diapositive

FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

La durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Aujourd'hui

Herhaling van de basiswerkwoorden

Jeudi 14 septembre

Slide 1 - Diapositive

Les verbes

regelmatig op -er, avoir en être

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Vidéo

Avoir met vertaling

Slide 5 - Diapositive

Être met vertaling

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

De werkwoorden op -er

Slide 8 - Diapositive

Nu ben jij aan de beurt

Slide 9 - Diapositive

avoir & être

tu as

Vous avez

Ils sont

je suis

tu es

j'ai

ils ont

jij bent

zij zijn

jij hebt

ik heb

ik ben

jullie hebben

zij hebben

Slide 10 - Question de remorquage

tu ... (avoir)

Slide 11 - Question ouverte

nous ... (avoir)

Slide 12 - Question ouverte

j' ... (avoir)

Slide 13 - Question ouverte

ils ... (avoir)

Slide 14 - Question ouverte

on ... (avoir)

Slide 15 - Question ouverte

nous ... (être)

Slide 16 - Question ouverte

elle ... (être)

Slide 17 - Question ouverte

ils ... (être)

Slide 18 - Question ouverte

je ... (être)

Slide 19 - Question ouverte

zij is

Slide 20 - Question ouverte

u bent

Slide 21 - Question ouverte

jij hebt

Slide 22 - Question ouverte

wij hebben

Slide 23 - Question ouverte

je...(regarder)

Slide 24 - Question ouverte

vous...(regarder)

Slide 25 - Question ouverte

nous....(jouer)

Slide 26 - Question ouverte

ils...(travailler)

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Diapositive

Ga naar www.verbuga.eu

Slide 29 - Diapositive

c'est fini

Slide 30 - Diapositive