Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Proefwerk Hoofdstuk 3:
Aan het werk?
Slide 1 - Diapositive
Vul in: Als een bedrijf iemand zoekt voor een baan, dan heeft dat bedrijf een …
Slide 2 - Question ouverte
Vul in: Als jij die baan wilt hebben, kun je erop …
Slide 3 - Question ouverte
Waaruit bestaat de arbeidsmarkt?
A
Dat zijn alle mensen die werken
B
Dat zijn alle mensen die werk zoeken
C
Dat zijn alle mensen die werken of werk zoeken
D
Dat zijn alle mensen die werken of werk zoeken en alle banen en vacatures bij bedrijven
Slide 4 - Quiz
Geef een voorbeeld van geschoold werk:
Slide 5 - Question ouverte
Geef een voorbeeld van ongeschoold werk:
Slide 6 - Question ouverte
In een supermarkt werken mensen op de broodafdeling, anderen op de vleesafdeling, weer anderen op de afdeling groente en fruit. Ook zijn er werknemers die aan de kassa zitten en werknemers die alleen maar vakken vullen. Leg uit waarom het slim is van de bedrijfsleider dat hij iedereen zo zijn eigen taken geeft.
Slide 7 - Question ouverte
In een supermarkt werken mensen op de broodafdeling, anderen op de vleesafdeling, weer anderen op de afdeling groente en fruit. Ook zijn er werknemers die aan de kassa zitten en werknemers die alleen maar vakken vullen. Leg uit waarom het slim is van de bedrijfsleider dat hij iedereen zo zijn eigen taken geeft.
Slide 8 - Question ouverte
Lees de tekst Is deze bewering juist of onjuist? Raoul is een werkgever.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Lees de tekst Is deze bewering juist of onjuist? In mei ontvangt Raoul €108,80 vakantiegeld.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Lees de tekst Is deze bewering juist of onjuist? Carlos heeft een deeltijdbaan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Raoul verdient €1.360 bruto per maand. Hij moet €96 aan loonbelasting €87,04 aan sociale premies betalen.
Wat verdient Raoul netto per maand?
Slide 12 - Question ouverte
Wat voor baan heb je als je alleen werkt op de momenten dat een bedrijf je nodig heeft?
A
Een deeltijdbaan
B
Een flexibele baan
C
Een tijdelijke baan
D
Een vaste baan
Slide 13 - Quiz
Karl werkt via een uitzendbureau bij een koeriersbedrijf. Van wie ontvangt Karl zijn loon?
A
Van het koeriersbedrijf.
B
Van de overheid
C
Van het uitzendbureau
D
Van het UWV
Slide 14 - Quiz
Gebruik het tabel. Carlos is 16 jaar en verdient het minimumloon . Bereken hoeveel Carlos verdient als hij 9 uur werkt
Slide 15 - Question ouverte
Remco is 36 en heeft geen baan. Hij is ook niet op zoek naar werk. Alice is 39. Toen ze nog getrouwd was, had ze geen baan. Na haar scheiding is ze druk op zoek naar geschikt werk. Wie van hen is werkloos?
A
Geen van beiden
B
Alleen Remco
C
Alleen Alice
D
Remco en Alice
Slide 16 - Quiz
Juist of onjuist? Het UWV controleert of bedrijven zich houden aan de werk- en rusttijden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
Juist of onjuist? Het UWV helpt je bij het vinden van een nieuwe baan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quiz
Bekijk het staafdiagram hiernaast. Tussen welke jaren nam het aantal werklozen met 50.000 af?
A
Tussen 2012 en 2013
B
Tussen 2013 en 2014
C
Tussen 2014 en 2015
D
Tussen 2015 en 2016
Slide 19 - Quiz
Leg met een voorbeeld uit dat mensen soms hun baan kwijt kunnen raken door technologische vernieuwingen.
Slide 20 - Question ouverte
Directeur Parelhoen maakt het overzicht hiernaast van de resultaten van de afdelingen in zijn supermarkt.
In wat voor grafiek kan hij deze gegevens overzichtelijk presenteren?
A
In een cirkeldiagram of in een lijndiagram.
B
In een cirkeldiagram of in een staafdiagram
C
In een lijndiagram of in een staafdiagram.
D
In een cirkeldiagram, lijndiagram of staafdiagram.