2k3 samenvattingslessen nask klas 2, deel 2

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

samenvatting nask klas 2, deel 2

elektriciteit

Elektriciteit

Waar denk jij aan bij elektriciteit?

Wat weet je er al van?

Een stroomkring maken

https://phet.colorado.edu/en/simulations/circuit-construction-kit-dc

uitleg stroomkring

geleiders en isolatoren

Uitleg met PHET

Stroomsterkte meten

Stroomsterkte (I) meet je met een Ampèremeter.

- Grootheid =stroomsterkte ( I )

- Eenheid= Ampère ( A )                

    

       Je zet de Ampèremeter "in serie" in de stroomkring

Hoeveel stroom meet je?

Hoeveel stroom meet je?

Hoeveel stroom meet je?

MillieAmpere

Practicum.    

Opdrachten:

- Onderzoek welke materialen:  - een geleider zijn.

- een isolator zijn .

-Onderzoek wat de stroomsterkte is.

- Noteer op het werkblad

spanningsbronnen

In iedere stroomkring zit een spanningsbron. 

Batterijen en accu’s zijn hier voorbeelden van. 

Spanningsbronnen zorgen ervoor dat lampen branden en elektrische apparaten werken. 

Ook de panelen met zonnecellen die je op veel daken ziet, zijn spanningsbronnen.

spanning meten

Spanning meet je in Volt met de voltmeter.

Je sluit hem parallel aan op bv. een batterij of lampje

grootheid = spanning , U

eenheid = Volt, V

Hoeveel Volt meet je?

Hoeveel Volt meet je?

Hoeveel Volt meet je?

schakelingen

serie- en parallelschakelingen

Uitleg met Phet

schakelingen tekenen

<--serieschakeling

parallelschakeling-->

Je wil de drie spotjes met één schakelaar 

tegelijk aan en uit kunnen doen. 

practicum

Doe het practicum schakelingen maken

Vermogen en energie

Kijk naar de apparaten op tafel.

Welke apparaten gebruiken de meeste stroom?

Hoe komt dit

Het vermogen van een apparaat

Het vermogen geeft aan hoeveel elektrische energie een apparaat in een seconde verbruikt.

vermogen berekenen

Op een website wordt reclame gemaakt voor een ledlamp. 

Deze zou een laag vermogen hebben.

spanning = 12 V     en de    stroomsterkte =  0,22 A

Reken uit wat het vermogen is:

vermogen = spanning × stroomsterkte

= 12 × 0,22       = 2,64 W

opdracht

De lampen in een klaslokaal werken op een spanning van 230 V. Als alle lampen aanstaan, is de totale stroomsterkte 4,0 A.

Hoe groot is het vermogen van alle lampen bij elkaar?

Denk aan:

- formule

-berekening

-antwoord met eenheid

antwoord

vermogen (P) = spanning (U) × stroomsterkte (I )

P   = U x I

= 230 × 4,0

= 920 W

Mireille doet de proef die in afbeelding 6 is getekend.

Bereken het vermogen van het elektromotortje M.

-formule          :     .................................

-berekening   :     .................................

-antwoord met eenheid :  ................

Uitwerking

vermogen = spanning × stroomsterkte  of        P = U x I

= 6 × 0,025

= 0,15 W

Vermogen, tijd en energieverbruik