Spreekvaardigheid

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

De komende lessen ga je ontdekken wie je bent en wat jouw talenten zijn. Je zult je deze periode moeten presenteren aan je stagebedrijf. Hoe doe je dat? Jezelf presenteren? Laat je jezelf helemaal zien of  doe je je beter voor dan je bent?

We gaan verschillende opdrachten maken om hiermee te oefenen. Uiteindelijk presenteer je jezelf aan je klas en tijdens de stagemarkt aan je ouders en docenten. 

Slide 2 - Diapositive

Deze les:
- kijk je wie je bent
- zoek je uit welke foto's, whatsappjes, liedjes en quotes informatie geven over jou
- onderzoek je of je in elke situatie en met iedereen al deze informatie wilt delen
- onderzoek je wanneer je niet alle informatie wilt delen en welke info je verandert.

Slide 3 - Diapositive

Opdracht 1:
Vul het formulier Selfie 1 in. 

Slide 4 - Diapositive

Wat zou jij doen?
Stel je voor dat jouw docent de opdracht geeft om het door jou ingevulde formulier 1 Selfie met vier klasgenoten te bespreken. Eén van hen heeft jou al een paar keer belachelijk gemaakt. Je praat zo weinig mogelijk met hem/haar. Je mag niet in een ander groepje en jullie zitten dus met elkaar opgescheept. En nu moet je ook nog jouw eerlijk ingevulde formulier met die klasgenoot bespreken. Dit zie je niet zitten.

Slide 5 - Diapositive

Bedenk voor jezelf:
1. Wat vertel je wel wat je hebt ingevuld op het formulier?
2. Wat vertel je absoluut niet wat je hebt ingevuld op het formulier?
3. Welke antwoorden verander je?

Slide 6 - Diapositive

Waarin verschillen de manieren van jezelf presenteren?

Slide 7 - Question ouverte

Hoe komt dat denk je?

Slide 8 - Question ouverte

Opdracht 3:
Je kent jezelf natuurlijk het beste, maar hoe zien anderen jou? Hetzelfde? Of misschien wel heel anders?

Vul van formulier 2 vraag 1 in. 

Slide 9 - Diapositive

Wat betekent het woord presenteren in de zin: je moet jezelf presenteren aan je stagebedrijf?
A
aanwezig zijn
B
manier hoe je iets vertelt

Slide 10 - Quiz

Wat betekent het woord absoluut in de zin: Welke informatie wil je absoluut niet delen?
A
helemaal
B
een beetje

Slide 11 - Quiz

Wat betekent het woord belachelijk in de zin: Je maakt jezelf belachelijk.
A
gek, idioot
B
grappig

Slide 12 - Quiz

Wat betekent het woord quotes, in de zin: 2 quotes die omschrijven wie jij bent.
A
gevoelens
B
iets wat iemand gezegd heeft/uitroep

Slide 13 - Quiz

Wat betekent het woord talent in de zin: Wat is jouw talent?
A
Iets wat je goed kan
B
dat je goed kan spreken

Slide 14 - Quiz

Waren er meer lastige woorden tijdens de les?

Slide 15 - Question ouverte

Huiswerk:
Je leert veel over jezelf door aan anderen te vragen hoe ze jou zien. Neem je boekje mee naar huis. Laat 3 verschillende mensen op formulier 2 bij vraag 2 de tabel op blz. 9-11 over jou invullen. Je mag 1 klasgenoot vragen. De andere 2 personen moeten familieleden, vrienden die niet op school zitten, collega's etc. zijn. 

Slide 16 - Diapositive

De volgende les:
- We gaan terugkijken op hoe anderen jou zien. 
- Daarnaast ga je onderzoeken welke sociale media er zijn en hoe deze ingezet worden door onder andere bekende personen.

Slide 17 - Diapositive