ISK boodschappen

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

ISK Boodschappen

Welkom bij Nederlands

2

3

4

Doelen les

Je leert nieuwe woorden rondom het thema boodschappen.

Je leert om een boodschappenlijstje te maken.

Je leert wat je moet zeggen bij de kassa (als er tijd over is)

Wat zag je in het filmpje? Waar ging het over?

• We lezen samen de woorden
• We kijken naar de video

Woord voor woord 

Boodschappen doen

Ik doe boodschappen

Jij doet boodschappen
Hij doet boodschappen

Zij doet boodschappen

Wij doen boodschappen

Jullie doen boodschappen
Zij doen boodschappen

de supermarkt

de kar

de kaas

de kool

het meel

de vis

Waar zie je een boodschappenlijstje?

1. 
2. 
3. 
4. 

Wat is goed?

1. de kassa
2. de boodschappen

Welke boodschappen
wil Sara hebben?

1. 
2. 
3. 

boodschappen

de kaas

de boodschappenkar

de vis

het meel

de supermarkt

de kool

Je kunt in de supermarkt de melk niet vinden. Je vraagt hulp aan een medewerker. Wat vraag je?

Je gaat naar de groenteboer, vanavond wil je sperziebonen eten met als toetje mango. Wat vraag je?

Je bent bij de dokter geweest en moet medicijnen halen bij de apotheek. Je bent aan de beurt bij de apotheek, wat zeg je?

Je bent klant. Wat zeg je?

1. Ga met je boodschappenlijst naar de winkel.

2. Vraag wat er in de aanbieding is.

3. Bestel dan de boodschappen van je lijst.

4. Heb je alle boodschappen? Zet een kruisje op je boodschappenlijst.

5. Betaal de boodschappen.

Naar buiten en oefenen

• Schrijf 5 zinnen of vragen op die je in de supermarkt kunt stellen.
  
• 2 van jullie moet vragen waar ze het ijs kunnen vinden. 
  
• 2 van jullie moeten naar de parelcouscous kunnen vragen.
• 2 van jullie moeten verse eierkoeken kunnen kopen
• 2 van jullie moeten om een stokbrood kunnen vragen
• Je moet bij de groenteboer boodschappen kunnen doen
• Je moet bij de slager boodschappen kunnen doen

Wat heb je vandaag geleerd?