6.5 plus 8.4 4V 2425

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Paragraaf 1 Dierenwelzijn

Paragraaf 6.5 Nieuwe en kwetsbare populaties

Lesdoel 6.5 Je kunt

• uitleggen hoe de genetische variatie in een populatie kan veranderen zónder natuurlijke selectie
• een verband leggen tussen de grootte van een ecosysteem, de mate van isolatie en de soortenrijkdom van een ecosysteem

Oefenen typen symbiose

Oefenen typen symbiose

Oefenen typen symbiose

Oefenen typen symbiose

Oefenen typen symbiose

Oefenen typen symbiose

Genetic drift

Veranderingen in de genetische samenstelling van een populatie door toeval.

(dit is dus het tegenovergestelde van natuurlijke selectie!)

Flessenhals effect

Flessenhals effect

Catastrofe

Flessenhals effect

Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Foundereffect

Foundereffect

Foundereffect

Allelfrequentie voor grijze vacht omlaag

Eilandtheorie

x-as aantal soorten - y-as immigratiesnelheid/snelheid van sterfte.

dichtbij/veraf - klein/groot

Eilandtheorie

x-as aantal soorten - y-as immigratiesnelheid/snelheid van sterfte.

dichtbij/veraf - klein/groot

Eilandtheorie

x-as aantal soorten - y-as immigratiesnelheid/snelheid van sterfte.

dichtbij/veraf - klein/groot

HUISWERK

In de online methode.

Maak de opdrachten van

6.5: Leerroute B

Lesdoel 8.4 Je kunt

• de opeenvolgende stadia van een successie beschrijven
• de factoren die successie beïnvloeden en de rol van natuurbeheer uitleggen
• de invloed van exoten op bestaande ecosystemen beschrijven

Opdracht

Stel: we gooien de school plat en halen alle bouw materialen weg. Er blijft een lege vlakte over.

Opdracht

Wat gebeurt er dan?

Welke soorten vestigen zich als eerste? En dan? En dan?

Kun je iets zeggen over de tolerantiegrenzen van die soorten mbt abiotische factoren?

Hoe ontwikkelt de biodiversiteit zich?

Hoe ontwikkelen de abiotische factoren zich?

Hoe ontwikkelt de biomassa zich?

Subclimaxstadium

ccds

De biodiversiteit is hoger in het subclimax stadium: streven bij natuurbeheer

Exoten

Soorten afkomstig uit een ander gebied die zich vestigen in een ecosysteem: exoten.

Plaagorganismen: exoten die zich snel uitbreiden ten koste van andere organismen.

Invasieve exoot: brengt een ernstige verstoring teweeg in het ecosysteem

Exoten voorbeelden

Huiswerk

In de online methode.

Maak de opdrachten van 

8.4: Leerroute B