Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
programma
herhaling lijndiagram
huiswerk paragraaf 3 en rekentrainer paragraaf 3
uitleg en maken paragraaf 4
Slide 1 - Diapositive
Lijndiagram
Slide 2 - Diapositive
Paragraaf 4
De wintersportbeurs
leerdoelen
Ik kan uitleggen wat de invloed is van vraag naar en aanbod van een product op de prijs
Slide 3 - Diapositive
huiswerk
paragraaf 3 en rekentrainer paragraaf 3
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Als er een nieuw model smartphone op de markt komt, wordt het oude meestal goedkoper!
Een limited edition sneaker is vaak duurder door een groot aanbod!
Slide 6 - Diapositive
Aanbod is de hoeveelheid producten die winkels en bedrijven samen willen verkopen.
Aanbod wordt beïnvloed door: prijs van het product, grootte van het bedrijf, kennis, ervaring, etc.
Wat is het aanbod?
Slide 7 - Diapositive
Vraag is de hoeveelheid van een product die de consument samen wil kopen.
Vraag wordt beïnvloed door: Smaak, inkomen, reclame, trends, etc.)
Wat is de vraag?
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Spelregels
unieke artikelen die alleen via dit veilinghuis te koop zijn mits,
- je budget het toelaat
- je interesse hebt, dus bereidt bent om te kopen.
Steek je gele handje op, als je dit wilt kopen!
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Consumenten
Consumenten zorgen voor de vraag naar producten.
Slide 12 - Diapositive
Producenten
Producenten zorgen voor het aanbod van producten.
Slide 13 - Diapositive
De markt van een product:
alle vraag naar dat product bij elkaar;
alle aanbod van dat product bij elkaar
Slide 14 - Diapositive
Vraag groter dan aanbod >
Vraag en aanbod zijn niet altijd hetzelfde
Als de vraag op een dag groter is dan het aanbod,
dan gaat de prijs omhoog,
aanbieders verkopen hun producten dan toch wel.
Slide 15 - Diapositive
vraag > aanbod
Slide 16 - Diapositive
Aanbod groter dan vraag <
Aanbod kan ook groter zijn dan de vraag.
Dan krijgen verkopers niet alle producten verkocht.
Wat zullen verkopers dan met de prijs doen?
Slide 17 - Diapositive
Markt
Alle vraag en aanbod bij elkaar noemen we de markt.
Bijvoorbeeld: Alle vraag en aanbod van bloemen bij elkaar noemen we de markt voor bloemen. Andere voorbeelden de huizenmarkt, de energiemarkt en de markt voor telefoonproviders.
Slide 18 - Diapositive
Veilinghuis Doedens
Vandaag 2 bijzondere stukken....
Slide 19 - Diapositive
Spelregels
Vandaag 2 unieke artikelen alleen via dit veilinghuis te koop
kopen mits (voorwaarde)
- je budget (je geld) het toelaat
- je interesse hebt, dus bereid bent om te kopen
Slide 20 - Diapositive
2 frikandellenbroodjes en 2 blikjes cola
Slide 21 - Diapositive
2x kaartje Walibi
Slide 22 - Diapositive
conclusie
naarmate de prijs hoger wordt zijn er minder vragers.
Doordat geen geld voor het product en/of geen geld voor over, het wordt te duur of misschien ook geen interesse.
Slide 23 - Diapositive
Voorbeelden van prijsstijging
Slide 24 - Diapositive
Vraag naar producten ⬇️ = prijs ⬇️
Vraag naar producten ⬆️ = prijs ⬆️
Aanbod van producten ⬇️ = prijs ⬆️
Aanbod van producten ⬆️ = prijs ⬇️
Wat zijn de gevolgen voor de prijs?
Slide 25 - Diapositive
Hoeveel skipakken worden er gevraagd bij een prijs van €100,- ?
A
100
B
300
C
900
Slide 26 - Quiz
Hoeveel skipakken worden er gevraagd bij een prijs van €900,- ?
A
100
B
300
C
900
Slide 27 - Quiz
Hoeveel skipakken worden er aangeboden bij een prijs van €300,- ?
A
100
B
300
C
900
Slide 28 - Quiz
Hoeveel skipakken worden er aangeboden bij een prijs van €900,- ?
A
100
B
300
C
700
D
900
Slide 29 - Quiz
Huiswerk
Maken paragraaf 4.4 en rekentrainer 4
Slide 30 - Diapositive
Paragraaf 4
De wintersportbeurs
leerdoelen
Ik kan uitleggen wat de invloed is van vraag naar en aanbod van een product op de prijs