Afsluitende quiz
1 / 9
La durée de la leçon est: 15 minIntroduction
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis in de quiz!
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
..
.
.
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
Is deze zin WAAR of NIET WAAR?
Als iemand een chronische ziekte heeft, is hij of zij langere tijd ziek. Soms is de ziekte niet te genezen.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Welk woord beschrijft
Scoop?
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
Als je in het ziekenhuis ligt omdat je ziek bent.
A
de ziekenhuisopname
B
het bezoekuur
C
de donor
D
de ingreep
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Welk woord beschrijft
Scoop?
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
Ander woord voor operatie: wat je doet om een probleem te voorkomen of op te lossen.
A
de ingreep
B
verdoven
C
de behandeling
D
terechtkomen
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke dingen moet iemand die chronisch ziek is vaak
doen die jij waarschijnlijk niet hoeft te doen?
doen die jij waarschijnlijk niet hoeft te doen?
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
Slide 6 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Bekijk het plaatje.
Wat zie je hier?
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
A
de ingreep
B
de behandeling
C
terechtkomen
D
het bezoekuur
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat zou jij willen zeggen tegen iemand die een broer/zus
heeft die chronisch ziek is?
Test je kennis over het onderwerp van deze week!
Slide 8 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 9 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
