boek a, par 1.4, p35

boek a, par 1.4, p35
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

boek a, par 1.4, p35

Slide 1 - Diapositive

Inhoud les
-leerdoel
-lezen en onderstrepen
-korte uitleg
-opdrachten 
-beantwoorden leerdoel

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel deze les
Hoe komt er steeds meer werk in de dienstensector?

Slide 3 - Diapositive

Lees zelf en onderstreep
pagina 35

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Uitleg
Welke beroepssectoren zijn er?
- Landbouw (primaire sector)
-Industrie (secundaire sector)
-Diensten(tertiaire sector)

Slide 6 - Diapositive

Uitleg
Wat is de tertiaire sector?
Beroepen waarbij je anderen van dienst bent of helpt.

Bijvoorbeeld: kapper, ober, schoonheidsspecialist, leraar, arts, pakketbezorger, etc. 

Slide 7 - Diapositive

Uitleg
Hoe komt er steeds meer werk  in de dienstensector?
Nederland is een rijk land en kan zelf kopen wat het nodig heeft. Het hoeft zelf de producten niet zelf te maken of te verbouwen.
Wat we wel zelf maken doen het met slimme machines. Er is dus minder arbeid voor productie nodig. Mensen kunnen daarom in de dienstensector werken. 








Slide 8 - Diapositive

Maak de opdrachten
je gebruikt de tekst in je boek.

Slide 9 - Diapositive

Wat is een ander woord voor dienstensector?
A
secundaire sector
B
primaire sector
C
tertiaire sector

Slide 10 - Quiz

Bekijk bron 30 op p35.
Welke soort dienstverlenende beroepen zijn er het meest in Nederland?
A
Financiële en zakelijke diensten
B
zorg
C
Handel & horeca
D
Transport & communicatie

Slide 11 - Quiz

Welke van de volgende opmerkingen passen
bij een land met een grote dienstensector?

A
De meeste mensen hebben een arbeidsintensief beroep.
B
Er is een goed onderwijssysteem.
C
Er is veel handel in dure machines en producten.
D
Het land heeft zelf veel delfstoffen in de bodem zitten.

Slide 12 - Quiz

Leerdoel: Hoe komt er steeds meer werk in de dienstensector?

Slide 13 - Question ouverte