Herhaling voor PW H2 T3

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Maak de volgende zin ontkennend:
'Nous regardons le film.'

Maak de volgende zin ontkennend:
'Julia entre la salle.'

Maak de volgende zin ontkennend:
'Elle a entendu la chanson.'

nog niet

niet meer

nooit

niets

niet/geen

Ne ... pas encore

ne ... plus

Ne ... jamais

Ne ... rien

Ne ... pas

Wat is de juiste vertaling van:
'De leraar vraagt niets.'

1. Le prof ne demande rien
2. Le prof ne demande jamais
3. Le prof ne demande plus
4. Le prof ne demande pas

Wat is de juiste vertaling van:
'Zij gaat nog niet naar de bioscoop.'

1. Elle ne va pas au cinema
2. Elle ne va encore pas au cinéma
3. Elle ne va pas encore au cinéma
4. Elle ne pas va encore au cinéma

Schrijf nu het hele rijtje van het werkwoord 'prendre' in de passé composé op.

Maak de vormen van de passé composé van het werkwoord tussen haakjes.

Je/j' (apprendre)

Tu (comprendre)

Elle (prendre)

Nous (entendre)

Vous (attendre)

Ils (perdre)

entendu

compris

perdu

pris

appris

attendu

avons

avez

ont

as

a

ai

Wat is de juiste vertaling van:
'attendre'

1. horen
2. wachten
3. luisteren
4. leren

Wat is de juiste vertaling van:
'chaque année'

1. het eerste jaar
2. de jaren
3. het afgelopen jaar
4. ieder jaar

Wat is de juiste vertaling van:
'où'

1. waar
2. wanneer
3. wie
4. wat

Wat is de juiste vertaling van:
'remplir'

1. vullen
2. zoeken
3. vragen
4. thuiskomen

Wat is de juiste vertaling van:
'pendant'

1. tussen
2. tijdens
3. meerdere
4. doorbrengen

Wat is de juiste vertaling van:
'emporter'

1. parkeren
2. missen
3. meenemen
4. doorbrengen

Wat is de juiste vertaling van:
'la vente'

1. de voorstelling
2. de verkoop
3. de fiets
4. de indruk