Les 1 gesprekken

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Gesprekken LES 1

LESDOEL

Aan het einde van de les

 ken je een aantal basis regels voor het voeren van gesprekken

en kun je deze toepassen en herkennen in een gesprek.

Communiceren gebeurt mondeling (pratend).

1. Waar
2. Niet waar

Wat vind jij de beste manier om te communiceren als je het niet eens bent met je baas?

COMMUNICEREN

* Geven en ontvangen van informatie

* Zender --> Boodschap --> Ontvanger

* Boodschap = woorden, gebaren en gezichtsuitdrukkingen

--> Herkennen van emoties doen we heel snel ;-)

Tenzij....

Goed gesprek = luisteren

Actief luisteren 

Samenvatten  

Doorvragen

ACTIEF LUISTEREN
= BETROKKEN ZIJN

- afsluiten voor andere dingen, de rust om te luisteren

- lichaamstaal (zithouding, oogcontact, rust) 

- knikje, 'mimiek'

- luistergeluiden [hmhm]

- de ander laten uitpraten

- samenvatten / doorvragen

Miscommunicatie 

Bedenk twee situaties waarin miscommunicatie kan ontstaan op de werkvloer. Schrijf de situaties op.

Schrijf op wat je zou kunnen/moeten doen! 

0

RUIS

Miscommunicatie komt vaak door ruis in de boodschap

Hoe kan ruis in de communicatie
worden voorkomen?

1. Lawaai
2. Moeilijke woorden gebruiken
3. Afgeleid zijn
4. Door antwoorden samen te vatten

SOORTEN VRAGEN

- open vragen

- gesloten vragen 

- controle vragen

SOORTEN VRAGEN

- open vragen                              (Wat heb je gisteren gedaan?)

- gesloten vragen                       (Heb je een computer bij je?)

- controle vragen                       (Als ik je goed begrijp, bedoel je dat                                                              je sporten eigenlijk niet leuk vindt?)

Opdrachten maken

Pak het boek Starttaal 2F A

Maak de volgende opdrachten:

- Opdracht 4 op blz. 104 (actief luisteren)

- Opdracht 6 op blz. 107 - 108 (ruis)

-Opdracht 8 op blz. 110 - 111 (doorvragen)

Klaar? Laat zien > kijk na.

GESPREKSTECHNIEKEN

WAAR DENK JE DAN AAN?

Hoe kun je laten merken
dat je actief luistert?

Een gesprek goed laten verlopen,
wat komt daarbij kijken?

COMMUNICATIE

Maak een groepje van 4.

- 2 personen observeren

- 2 personen voeren het gesprek

Gebruik opdracht 9 op blz. 111

Wat gebeurt er allemaal/zie je tijdens de communicatie?

Wissel af wie er praten en observeren.